Graaf Willem IV bevestigt de schenking door Gizekijn van Oegstgeest aan diens echtgenote Beatrijs van een lijftocht bestaande uit de kleinste helft van 7½ morgen lands in De Lier, welk goed Gizekijn van de graaf in leen houdt.
Lijftochte Beactena wijfve van Ghisekijn van Oichstgheest.
Een streep door het begin van de tekst. – In de marge een kruisje.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Wi Willaemb ..grave van Heynnegouwenc etc. maken cond allen luden dat Ghisekijn van Oichstgheest met onser hand ghemaict hevet Beatricend, sinen wive, toit hore lijftochte die minder helfte soe hise naest maken mach van achtendalf morghen lands ligghende in die Liere, die hi van ons te liene hout; in wilker lijftochte wi gheloeven Beatricene voirnoemt te houden als wi sculdich sien te doen na zede ende costume van onsen lande.
In orconde etc. Ghegheven in die Haghe des manendaghes na Midvasten int jair ons Heren M° CCC° acht ende dortich.
Per dominum Theodericumf de Brederode et Iohannemg de Sassenem.
h S(igillavit) F. de Haemstedei.