Graaf Floris V verklaart dat heer Willem van Brederode voor de grafelijke Raad heeft kunnen aantonen dat Papendrecht en een aantal andere met name genoemde ambachten, die heer Willem van hem in leen houdt, een hoge heerlijkheid vormen waar hij ballingen kan toelaten; voorts omschrijft hij het asielrecht, de voorwaarden van het ingezetenschap en de omvang van het contingent dat heer Willem hem ingeval van heervaart beschikbaar moet stellen.
Brederode. a Datum per copiam.
Dit is een los blad, aan het schrift te dateren in het derde kwart van de 14e eeuw, in het register ingenaaid tussen f. 52 en 53. De tekst is niet genummerd. – Op het blad door vijf verschillende handen uit de 15e eeuw twee opschriften, een dienstaantekening en drie verdere notities, de laatste bestaande uit: links boven: I, 2o loco; dorsaal: Brederoede, gevolgd door: In libro EL inter folia 52 et 53.
Zie de aantekening bij nr. WI 335.
Per dominum comitem, presentibus dominis Willelmob de Teylingen, Geraerdo de Hairlemc et Ghijsbertod de Ysselsteyn.e