Graaf Willem IV beleent Dirk van Muiden met de nader omschreven 12 morgen in het ambacht Cothen die Tielman, zoon van Tielman Avenz. van Muiden, hem daartoe had opgedragen.
Leen; Dirc van Muden.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Willem grave van Heynnegouwena etc. maken cond allen luden dat Tydeman, Tydeman Aven soens sone van Muden, ons up ghedraghen heeft b die die hi van ons te liene helt, tote Dirx behoef van Muden, XII morghen lants legghende int ambocht van Koten in des domproests gherechte van Utrechtc, ende hieten Breynoet, streckende van den Rijne an tweerdijc ende dair boven boven gheleghen es die here van Abecoude ende beneden die heren van den Duysken huyse; wilc lant voirscreven wi verliet hebben Dieric van Muden voirscreven van ons in rechten lene te houden.
In orconde etc. up den Dortiendach anno XLo.
Per dominum, presentibus domino W. de Outshoirnd et magistro Nycolaoe Merref.
g S(igillavit) F. de H.