Graaf Willem III geeft de wateringgraaf die hij heeft aangesteld in de Vijf Ambachten op Walcheren het recht dat niemand (anders dan hij) de Vijf Ambachten mag belasten met betrekking tot de gemene dijken en sluizen voor een bedrag hoger de de boete die aan individuen wordt opgelegd.
Vijff Ambochten in Walcherena.
Het volgnummer bij deze oorkonde is per ongeluk naast de notitie onder het voorafgaande nr. ZE 190 geschreven.
De strekking van het aan de wateringgraaf verleende recht is niet geheel duidelijk
De onderstaande tekst is gebaseerd op afschrift B.
Wi Willaemb grave van Heynnegouwenc d etc. maken cond allen luden. Want wi enen wateringrave gheset ende bevolen hebben die Vijf Ambochtee in Walchgherenf te bedriven alse van haren diken ende van haren slusen die si ghemeenlike hebben in onsen lande voirs., so hebben wi hem macht ghegheven ende gheven dat nyemant die Vijf Ambochteg voirs. becommeren sal van haren diken noch van haren slusen vorder dan men enen man becommeren mochte jof hi in boeten jof in banne ware ghevallen van dike jof van slusen; durende tote onsen weder segghen.
In orkonde desen brieve etc. Ghegheven in Middelburchh op den Paeschavonde int jaer ons Heren M CCC drie ende twintich.
Per dominum abbatem.