Graaf Willem III verkoopt Jan Hendriksz., rentmeester van Bewesten Schelde, 7 gemet leenland in West-Souburg, welk goed deze in recht leen van hem zal houden volgens Zeeuws recht.
Jan Heinrijcx z.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Wi Willema grave etc. maken cont allen luden dat wi Jan Henrixb sone, onsen rentemeester van Bewestersceltc, vercoft hebben van ons te houden in rechten lene zeven ghemete leen lands legghende in Westerzobburchd, ende ons ane quam van oude Clayse van Zobburch, elc ghemet om tien scellinghe groter Tornoysef, daer hi ons ghenoech of ghedaen hevet, te behouden ende te besitten in allen g manieren als men van ons leen pleghet te houden na den rechte van Zelandh; ende van desen lene vors. zullen wi Jan Henrixi sone vors. recht waerheitj wesenk.
In orconde etc. Ghegheven in Middelburchl des manendaghes na Midvasten in anno XXIIIIo.
Per dominum comitem et Jan Heyrixm f.