Graaf Willem III bevestigt de koop door Waddin Hendriksz. van Zierikzee van de helft van de veerrechten te Borrendamme, met toestemming van de graaf door Boudewijn des Lopersz. verkocht uit de goederen van Jan Hellekoopsz. in mindering van Jans schuld aan Boudewijn, en hij beleent Waddin met deze halve veren.
Boudijn tsLoepers z.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Vgl. nr. ZE 394.
Wi Willema grave van Heynnegouwenb etc. maken cond allen ludenc dat wi vaste ende ghestade houden alsulken coep alse Boudwijnd sLoeperse sone ghedaen heeft bi Janf Wissen sone, onsen bailiu van Zeerixeeg, na den brieve dien wi hem ghegheven hadden, op Jan Hellecoph zoens goede te vercoepen hem zelven scadeloes mede te quiten, dats te weten die helfte van alle der vere van Berdendammei, die Waddijn Heynrix zone van Zeerixeej ghecoft ende betailt heeft in minderinghe van Jan Hellecoepk soens scoud voirs.; ende dese voirseyde helfte van der vere van Berdendammel hebben wi Waddijnm voirs. verliet ende verlient voir onse manne ende voir onse scepene van Zeerixeen van ons te houden ten rechten liene, in alle diere manieren te verwaren alse Hobuyco Hellecoepsp sone zine helfte sculdich es te verwaren.
In oirkonde etc. Ghegheven in Middelburchq des donresdaghes voir Midvasten int jaer ons Heren M CCC zes ende twintich.