Graaf Willem III bepaalt, na onderzoek door baljuw Jan van Sassenheim, Jan heer Gillisz. rentmeester van Zuidholland en Pouwels tolgaarder naar aanleiding van klachten door jonkvrouw Agnes heer Arnoudsdr. van den Berg dat zij uitgesloten was van de door haar vader, moeder en broer nagelaten eigen goederen, dat zij en haar echtgenoot en voogd Elias van Woudenberg het derde part van die nader aangegeven goederen zullen krijgen, en gelast de baljuw en rentmeester hieraan uitvoering te geven.
Joncfrou Agniese heren Airnts dochter vanden Bergea.
Het begin van de tekst is doorgestreept.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Wi Willemb grave van Heynnegouwenc etc. maken cond etc. dat wi omme menighe croeninghe die ons joncfrouwe Agniese heren Arnts dochter van den Berghed, Helyaese wijf van Woudenberch, dicken ghecroent heeft alse van hairs vader erve dat in onsen lande gheleghen was, ende haire moeder, ende van Harparen haren broeder, dat si des niet ghebruken en mochte, soe hebben wi Janne van Zassenemf onsen baliu, Janne sheren Gillijsg sone onsen rentemeester van Zuythollandh ende Pouwels onsen tolnair eene wairhede dair of doen besoeken, ende hebben ghevonden dat die hoeve lands legghende toit sHeren Arnts berghei, naiste den X viertelen dair thuys ten Berghej in staet west wairt, heren Arnts vry eyghen was van den Berghek; voirt eene halve hoeve naist den tien viertelen voirscreven oystwaird legghende, dat die heren Arnts eyghen was; voirt die halve hoeve dair Beckevoirt op gheclaghet heeft, dat die was heren Arnts eyghen; ende dat hair Arnt hadde in die Kijfhoeve eene halve hoeve vry eyghens. Ende omme dat Harparen dit land voirscreven vrylike ghebrukede toit siere doet toe, ende hair Arnt niet meer trouweder kindre en hadde danne drie dochteren behalven Harparen, soe segghen wi joncfrouwen Agniesen ende Helyaes haren man voirscreven dat dordendeel toe van al desen eyghen landel voirscreven; ende ombieden onsen baliu ende onsen rentemeester voirscreven dat si joncfrouwen Agniesenm ende haren voghet hair dordendeel of cavelen ende bewisen an eene side als men naist mach mit redenen ende dair in houden, dat sijs vrilike ghebruken moghen. Ende denct joncfrouwen Agniesen ende haren voghet dat si in anders eenighen saken dair veronrechtn si, dair of setten wise ten rechte.
Datum Dordrechto in dominica Palmarum anno XXXIIo.
- graaf Willem III
- Henegouwen
- jonkvrouw Agnes heer Arnoudsdr. van den Berg
- Elias van Woudenberg, echtgenoot van jonkvrouw Agneta
- Harbaren, broer van jonkvrouw Agneta
- Jan van Sassenheim, baljuw
- Jan heer Gillisz., rentmeester van Zuidholland
- Pouwels de tolgaarder
- 's-Heer-Aartsberg
- kasteel ten Berg
- Bekkevoort
- de Kijfhoeve ('s-Heer-Aartsberg)
- Dordrecht