Departement van Buitenlandse Zaken (1813-1861)
In het bestand zijn de volgende functies opgenomen:- administrateur
- commissaris
- geheim secretaris
- minister
- minister a.i.
- referendaris
- secretaris
- secretaris der cijfers
- secretaris van staat
- secretaris-generaal
- waarnemend minister
- waarnemend secretaris van staat
Toelichting:
Institutionele toelichting departement van Buitenlandse Zaken (1813-1861)
Naam:
Het secretariaat voor Buitenlandse Zaken werd op 16 september 1815 het ministerie van Buitenlandse Zaken.
Datum oprichting:
Het departement werd op 7 december 1813 opgericht.
Vestigingsplaats:
Tot 1830 afwisselend te 's-Gravenhage en te Brussel, daarna te 's-Gravenhage.
Personeel:
Aan het hoofd van het departement stond van 7 december 1813 tot 16 september 1815 een secretaris van staat; daarna een minister.
Functies op het departement die zijn opgenomen in dit repertorium: secretaris (later secretaris-generaal), geheim secretaris, secretaris der cijfers, commissaris en referendaris. Van 1834 tot 1841 was de administrateur van Nationale Nijverheid bij Buitenlandse Zaken aangesteld.
Benoeming/verkiezing:
De secretaris van staat van Buitenlandse Zaken werd op 7 december 1813 bij souverein besluit benoemd. Met de invoering van de grondwet op 29 maart 1814 werden de hoofden van de departementen van algemeen bestuur aangesteld door de koning; na de grondwetswijziging van 1848 gebeurde dit op voordracht van een formateur.
Aanvangs- en einddata in het Repertorium:
De aanvangsdatum voor ministers is de datum van aantreden, voorzover bekend of in het k.b. vermeld. Bij ambtenaren is de datum van de besluiten tot benoeming of ontslag gevolgd.
Bronnen:
NA, Algemene Rekenkamer, Bureau Vaste Posten (2.02.09.04) nr. 709.
Naamlijsten:
-Ette, A.J.H. van, Onze ministers sinds 1798 (Alphen aan den Rijn 1948).
-Naamlijst van de hoofden der departementen van Algemeen Bestuur, van de ministers van Staat, en van de leden der Staten-Generaal van de Vereenigde Nederlanden en van het Koningrijk der Nederlanden, 1813-1851. Met opgave van den tijd van benoeming en aftreding. Samengest. door H. Tollius Drabbe ('s-Gravenhage 1851) 1-28.
-Onze bestuurders in moederland en koloniƫn (Leiden 1885) 5-20.
Literatuur:
-Beth, J.C., De departementen van Algemeen Bestuur gedurende het tijdvak 1798-1907 (Groningen 1907).
-Brauw, W.M. de, De departementen van algemeen bestuur in Nederland, sedert de omwenteling van 1795 (Utrecht 1864).
-Jurriaanse, M.W., De Nederlandse ministers van Buitenlandse Zaken 1813-1900 (Den Haag 1974).
-Kersten, A.E., 'Een woud van verandering. Ontwikkeling van taak en organisatie van het ministerie', in Tweehonderd jaar ministerie van Buitenlandse Zaken. Onder red. van R.E. van Ditshuyzen e.a. (Den Haag 1998) 57-75.
-Organisatie en reorganisatie van het departement van Buitenlandse Zaken('s-Gravenhage 1950) 25-32.
-Otten, F.J.M., Gids voor de archieven van de ministeries en de Hoge Colleges van Staat 1813-1940 (Den Haag 2004).
-Secker, W.P., Ministers in beeld. De sociale en functionele herkomst van de Nederlandse ministers (1848-1990) (Leiden 1991).