Grafelijkheidsrekenkamer (1588-1728)
In het bestand zijn de volgende functies opgenomen:Toelichting:
Institutionele toelichting Grafelijkheidsrekenkamer (1588-1728)
Naam college:
Grafelijkheidsrekenkamer of Rekenkamer der Domeinen van Holland.
Datum oprichting:
1446.
Datum opheffing:
17 maart 1728.
Vestigingsplaats:
Den Haag.
Zetelaantal:
Vier rekenmeesters en twee auditeurs (hoewel de resolutie van de Staten van Holland van 16 december 1644 op vijf leden in totaal wijst).
Bij resolutie van de Staten van Holland 17 februari 1722 worden vacante auditeursplaatsen niet meer vervuld.
Zetelverdeling tussen basiscolleges:
De ridderschap krijgt een vaste zetel bij resolutie van de Staten van Holland op 9 februari 1680. Blijkens resolutie van 17 februari 1708 was dat besluit echter op dat moment nog niet geëffectueerd.
Zittingstermijn:
Voor het leven.
Benoemende instantie:
Staten van Holland.
Aanvangs- en einddatum:
Aanvangsdatum: commissiedatum, tenzij anders vermeld.
Einddatum: in principe aansluitend bij de aanvangsdatum van de opvolger, tenzij een specifieke einddatum bekend is (bijvoorbeeld door overlijden).
Toerbeurt:
Een voorstel van de stad Gouda om een toerbeurt in te stellen van 16 december 1644 blijkt geen gevolgen te hebben gehad. Evenzo een resolutie van de Staten van Holland van 2 december 1655 waarin het Gecommitteerde Raden opdracht geeft een toerbeurt te formeren.
Ministers in dienst van het college:
Eén griffier, in de commissies doorgaans aangeduid als 'klerk-ordinaris'. De term 'griffier' duikt al op bij de promotie tot auditeur van Johan van Persijn in 1631.
Bij resolutie van de Staten van Holland van 13 februari 1722 worden de vacante ministeriële ambten niet vervuld.
Naamlijsten en bronnen:
Algemeen
-Gecommitteerden 1446-1680: Simon van Leeuwen, Batavia illustrata, ofte verhandelinge van den oorspronk, voortgank, zeden, eere, staat en godtsdienst van Oud Batavien, mitsgaders van den adel en regeringe van Hollandt ('s-Gravenhage 1685) 1460-1462.
-Gecommitteerden 1446-1728: Nationaal Archief, archief van de Grafelijkheidsrekenkamer, inv. nrs. 495-500, commissieboeken.
Literatuur:
-Algemeene rekenkamer in de Nederlanden en de daaraan voorafgegane commissien en collegien van toezigt op het beheer van 's lands geldmiddelen 1428-1873 (handschrift in de bibliotheek van de Algemene Rekenkamer te Den Haag) 5-7.
-Brokken, H.M. en H. de Schepper, 'Beheer en controle van de overheidsfinanciën in de Nederlanden tot omstreeks 1600', in: P.J. Margry ed., Van Camere vander Rekeninghen tot Algemene Rekenkamer: zes eeuwen Rekenkamer. Gedenkboek bij het 175-jarig bestaan van de Algemene Rekenkamer ('s-Gravenhage 1989) 15-56, aldaar 40-41.
-Fruin, Robert, Geschiedenis der staatsinstellingen in Nederland tot den val der Republiek (2e bijgewerkte druk, 's-Gravenhage 1922) 57.
-Smit, J., Het archief der Rekenkamer ter Auditie van de Gemeenelandsrekeningen en de opvolgende colleges met de daaronder berustende rekeningen ('s-Gravenhage 1946).
-Wagenaar, Jan, Tegenwoordige staat der vereenigde Nederlanden IV (Holland) (Amsterdam 1742).