Verzekeringsfondsen

Sociëteit `Tot steun in nood'. 1822-

Opgericht: aug. 1822. Reglement 1852, met wijzigingen. Ingestuurd nav vragen Franse consul.

Aard: onderling. Bestuur 3 directeuren uit de leden, overigen geneeskundig personeel.

Voorzieningen: 1852 medische verzorging, incl. apotheek; verloskundige hulp mits beide lid zijn; begrafenisgeld 1852 met duur van het lidmaatschap per 4 jaar oplopend met ƒ5,- van ƒ20 na 1 jaar lid tot ƒ50 bij 25 jaar lid, erna met ƒ10 oplopend tot ƒ70 bij langer dan 30 jaar lid. In de loop van 1852 moest de uitbetaling van begrafenisgelden worden teruggebracht. Er kwam in 1853 een nieuw reglement tot stand. Uit de gegevens op de jaarrekening blijkt overigens niet wat de wijziging ten aanzien van de begrafenisgelden inhield.

Leden: 1830 900; 1835 1200; 1840 1190; 1845 1230; 1850 1040; 1855 1003; erna geen opgave meer.

Bezit: 1851 ƒ13.100 NWS en ƒ1039 in kas; 1861 ƒ16.000 NWS en ƒ555 in kas; 1865 ƒ13.300 NWS 2½%,ƒ4.700 3% en ƒ489 in kas; 1870 ƒ15.500 NWS 2½%, ƒ4700 NWS 3% en 1038 in kas; 1880 ƒ16.000 NWS 2½%, ƒ4000 3% NWS en ƒ1440 in een Russische lening.

Directie: 1851 J.F. Gall en J.N. de Keyser ipv Van Gelderen en de Vletter; 1859 J.F. Gall; J.N. Keyser; 1875 id. 1880 P.J. Haaxman directeur (was al in 1851 bij het fonds betrokken); J.F. Gall.

Bijzonderheden: het reglement van 1852 bepaalt, dat leden, die door het armbestuur in een gesticht worden opgenomen ophouden lid te zijn. Wie al voor deze wijziging lid was behoudt oude rechten.

Bronnen: Armverslag 1827-1880.