Broederschap der Barmhartigheid
Gegegevens |
|||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Naam | Broederschap der Barmhartigheid | ||||||||||||
| Plaats | Roermond | ||||||||||||
| Provincie | Limburg | ||||||||||||
| Aard | werklieden | ||||||||||||
| Datum | 1779-1926 (laatste vermelding) | ||||||||||||
| Jaar van oprichting | 1779 | ||||||||||||
| Laatste vermelding | 1926 | ||||||||||||
| Bestaansduur | > 50 jaar | ||||||||||||
| Begrafenisgeld | ja | ||||||||||||
| Leden |
|
||||||||||||
| Tekst | Broederschap der Barmhartigheid. 1779- Opgericht: in 1779 door ambachtslieden. Reglement gewijzigd 25 maart 1827 in verband met de invoering van Nederlands geld; vroeger reglement 23 febr. 1823; vergadering gehouden in het burgerhospitaal; vorige vergadering in stadarmen- en wezenhuis. In 1840 weer in de Statistiek. Krantenarchief Roermond NMR 12-5-1914 meldt het fonds nog. Voorziening: begrafenis zoals in Roermond gebruikelijk is. Sterfhuis kan kist of geld ervoor eisen; missen; ±1892 (reglement 1823) nog hetzelfde. Leden: 1827 660; 1840 670; 1850 1347; 1870 1065; ±1890 500-1000; 1926 245. NB in 1827 wordt gemeld, dat 431 gehuwde vrouwen zonder contributiebetaling rechten hebben. Deze worden over het algemeen niet meegeteld. Bijzonderheden: entreegelden gedifferentieerd naar leeftijd; in 1849 wordt gemeld, dat het ledental weliswaar stijgt, maar dat er ook veel sterfte was, zodat de financiële situatie slechter werd ( Armwezen, Inv. nr 926, 6 okt. 1849, 620). Bronnen: Armverslag 1827; S. 667 noemt zo een bus, maar oprichting ±1860-? Begrafenisrapport Nut, 282; Fondsenenquête, 534; departementale lijst, met toevoeging `onder bescherming van onze lieve vrouwe boodschap'; M. Heemels, internet: hbo-kennisbank.uvt.nl. |
||||||||||||