Verzekeringsfondsen

St. Michiels of bezemmakers. 1662-1937 opgelost in HAV bank.

Reglement n.a. Volgens Enquête 1812 opgericht 30 jan. 1662. V.d. Wiel geeft zelfde jaar. CBS 1936 geeft 1656. Roodenburg, Reglement 11 febr. 1662. Doelgroep zowel meesters als knechts van ververs, ballenmakers, hoedenmakers, laarzenmakers en pottenbakkers.

Opheffing: gemeld in Verslag Verzekeringskamer 1937. In het onderzoek 1926 meegedeeld, dat er geen nieuwe leden meer werden aangenomen. Het archief loopt van 1616-1937. Volgens de inventarisatie HiZ, 202, gingen de ziekenfondsleden over naar het Algemeen Afdelings Ziekenfonds Delft.

Voorzieningen: 1662 na 1 jaar contributie 3:12; na 16 jaar lid bij oud en invalide 2:10; begrafenisgeld ƒ10,-; 1812 ziekengeld 5Fr25, begrafenis 84Fr, voor weduwen 73Fr50, arts en medicijnen; 1827 zieken- en begrafenisgeld, medische verzorging. ±1892 (Reglement1860/69) arts, medicijnen, ziekengeld ƒ3,-, begrafenisgeld ƒ80,- mannen, ƒ70,- vrouwen, ƒ50,- weduwen en dragers ed. Kinderfonds voor geneeskundige hulp en begrafenisuitkering ƒ10,- voor kinderen ouder dan 10 jaar.

Contributie: 1662 10 cent; 1812 19Fr50 en 63 cent entree; 1896 10 cent.

Leden: 1812 146; 1826 280; 1827 179; 1830 200; ±1890 en ±1894 500-1000; 1893 800; ±1900 ±750; 1925 457; 1930 299; 1935 187; 1936 147.

Bezit: 1770 ƒ2200; 1812 ƒ2958; 1859 ƒ4.000; 1895 ƒ16.500 op Grootboek; 1925 ƒ13.449.

Bronnen: Armverslag 1827; S. 31, 11 febr. 1661-1937 opgelost in HAV bank; enquête 1812; Begrafenisrapport Nut, 87; Ziekenfondsrapport Nut, 114; Fondsenenquête, 348; CCS 1894, no. 158; NMG-rapport, 473; departementale lijst; CBS 1936; Verslagen Verzekeringskamer; 1925 Bijlage 18, 28; Archiefgids, 1616-1937; Roodenburg, De Delftse pottenbakkersnering, 66-68.