Schoen- en laarzenmakersvereniging 'Vooruitgang zij ons doel'
Gegegevens |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam | Schoen- en laarzenmakersvereniging 'Vooruitgang zij ons doel' | ||||||||
Plaats | 's-Gravenhage | ||||||||
Provincie | Zuid-Holland | ||||||||
Aard | werklieden | ||||||||
Datum | 1870-1910 (laatste vermelding) | ||||||||
Jaar van oprichting | 1870 | ||||||||
Laatste vermelding | 1910 | ||||||||
Bestaansduur | 30-50 jaar | ||||||||
Ziekengeld | ja | ||||||||
Begrafenisgeld | ja | ||||||||
Ouderdom | ja | ||||||||
Leden |
|
||||||||
Tekst | Schoen- en laarzenmakersvereniging `Vooruitgang zij ons doel'. 1870- KB Verenigingen 17 dec. 1871, 19; 19 mei 1876, 22. Volgens CCS 1894, de fondsenenquête en de departementale lijst: 3 jan. 1873, hetgeen opvallend is gegeven eerder KB. CCS 1896 geeft opgericht 3 jan. 1870, maar niet het KB van 1871. Voorzieningen: ±1892 ziekengeld ƒ3,- (13 weken); verplicht bijwonen begrafenis. Begrafenisgeld afhankelijk van kas maximaal ƒ30. Mogelijkheid van omslag over de leden. Volgens CCS 1894 ziekengeld ƒ5,- (13 weken) (1893-1895); 1896 voorwaarde 7 jaar lid en duur 26 weken; begrafenisgeld na 1 jaar ƒ25 en na 2 jaar ƒ50 via omslagstelsel; volgens CCS 1896 ook ƒ7,50 uit de kas. Sinds 1894 een geringe ouderdomsuitkering voor wie meer dan 10 jaar lid is. Volgens Adresboek werkliedenorganisaties (1910) uitsluitend ondersteuningsfonds. Leden: 1870 70; 1892 210; 1910 234. Bijzonderheden: Jaarlijks feest en verdeling van overschot. Bronnen: Fondsenenquête, 193; CCS 1894, 263, 3 jan; CCS 1896, 114; departementale lijst; Adresboek werkliedenorganisaties (1910), 128. |