Verzekeringsfondsen

Weduwefonds `De liefde zorgt tot na den dood' 1802-1886.

Opgericht: 1 mei 1802, elders 1 okt.

Opheffing: in het kader van de goedkeuringsprocedure werd meegedeeld, dat vanaf 1830 geen nieuwe leden meer worden aangenomen; vastgelegd in reglementswijziging 11 nov. 1830. Het bestuur laat weten, dat de leden op 6 mei 1830 hebben verklaard geenszins te zullen instemmen met opheffing, wat volgens de reglementen slechts kan met instemming van 2/3 van de leden. NA, Armwezen 1832-1878, inv. 929, 25 oct. 1849 meldt de stad, dat beide fondsen geen nieuwe leden meer aannemen, maar niet sinds wanneer dat het geval was. In het Jaarboek Haarlem 1857 kwamen beide weduwefondsen nog voor. NEHA, Sporen, 13.47 vermeldt archief tot 1896 en bestaan tot 1886.

Leden: 1828 1000 (194 weduwen; ƒ25.234 uitgekeerd); 1829 1000 (213 weduwen, die ƒ28.115 kregen); 1833 783 (248 weduwen); 1837 637 (235 weduwen); 1848 385 (286 weduwen met 54 kinderen); 1857 183 en 238 trekkende weduwen.

Samen hadden de beide fondsen in 1836 nog 970 leden (565 gepens) en ƒ31.604 aan effecten.

Bezit: 1828 ƒ217.646 in effecten; 1829 ƒ198.785; 1833ƒ206.000.

Het fonds had correspondenten in 47 gemeenten, verspreid over alle provincies muv Brabant en natuurlijk Limburg.

Bestuur: financieel belangeloos.

Bronnen: NA, Armwezen 1813-1832, inv. 1892, 20 nov. 1830, 32H; Armwezen 1832-1878, inv. 10, 2 april 1832, 183; 12 nov. 1832, 272; Jaarboek Haarlem, 1848 en 1857; NEHA, archief 1802-1886; S. 285, 1 mei 1802-1886 opgeheven.