© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Jan de Roos, Harkema, Eiske, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Harkema [27/02/2017]
HARKEMA, Eiske, vooral bekend als Eiske ten Bos-Harkema (geb. Oudeschip 4-6-1885 – gest. Emmen 23-1-1962), eerste vrouwelijke SDAP-wethouder in Nederland. Dochter van Pieter Harkema (1861-1929), bakker, later dagloner, en Hendrikje Vos (1866-1934), winkelierster. Eiske Harkema trouwde op 21-11-1903 in Appingedam met Jan ten Bos (1879-1940), tuinman, later voorman op een strokartonfabriek. Uit dit huwelijk werden 5 kinderen geboren.
Eiske Harkema was de oudste in een gezin van tien kinderen, van wie er vier voor hun derde levensjaar overleden. Ze werd geboren in het Groningse Oudeschip, waar haar ouders een bakkerij annex kruidenierswinkeltje hadden. Na de lagere school hielp ze thuis mee in de winkel. Toen haar vader in 1901 failliet ging, moest Eiske uit werken: ze werd inwonende dienstbode bij een herenboer in Oosternieland. In 1903 trouwde ze in Appingedam met de zes jaar oudere boerenzoon Jan ten Bos uit Den Andel. Het echtpaar verhuisde naar het Zuid-Hollandse Veur, in de buurt van Leidschendam, waar Jan ging werken als tuinman op een landgoed. In 1904 keerden ze terug naar het noorden omdat Jan als tuinman aan de slag kon in Stadskanaal. In Appingedam werd in dat jaar hun eerste kind (Riek) geboren, in Wildervank twee zoons (Hennie en Piet). In 1912 vestigde het gezin zich in het Drentse Gasselternijveenschemond, op de grens met Groningen, waar Jan begon als arbeider op een strokartonfabriek. Daar werden nog twee dochters (Trude en Jannie) geboren.
Wethouder SDAP
In Gasselternijveenschemond sloten Eiske ten Bos-Harkema en haar man zich aan bij de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij (SDAP) – in 1918 werd zij er afdelingssecretaris. Ook was ze lid van de Bond van Sociaal-Democratische Vrouwen-Propagandaclubs (BSDV). In 1919 stelde ze zich samen met haar man kandidaat voor de gemeenteraadsverkiezingen in Gasselte. Ze kwamen als nummer drie en vier op de lijst, maar de SDAP bleef steken op twee zetels. Toen in 1921 een vacature ontstond, kwam Ten Bos-Harkema alsnog in de raad. Naast haar raadswerk was ze actief in de buurtvereniging en in het dorpsleven: als de vroedvrouw niet op tijd kwam, riepen gezinnen al gauw ‘vrouw Ten Bos’ erbij (Kalk, 8). Ook was ze actief in de VARA, de coöperatie Eendracht Maakt Macht, de geheelonthoudersbeweging, de vrouwenbeweging en in het zangkoor Morgenrood.
Als raadslid verzette Ten Bos-Harkema zich tegen de verkoop van woningen door de woningbouwvereniging omdat dit arbeiders de kans ontnam om te huren. Ook maakte zij bezwaar tegen loonsverlaging voor arbeiders in de werkverschaffing, ijverde zij voor schoolvoeding en -kleding voor kinderen in de winter en pleitte zij voor de aanstelling van een gemeentearts, de aanleg van straatverlichting en invoering van gemeentelijke wijkverpleging en moeder- en bakercursussen. Bij de raadsverkiezingen van mei 1923 werd Ten Bos-Harkema lijsttrekker voor de SDAP. De partij haalde vier zetels, zodat ze aan een nieuwe raadsperiode kon beginnen. Ze werd ook wethouder. Ten Bos-Harkema kreeg evenveel stemmen als haar mannelijke concurrent van de Plattelanders, maar ze won de loting (raadsvergadering 4-9-1923).
Ten Bos-Harkema was de eerste vrouwelijke wethouder van de SDAP in Nederland. De liberalen hadden al vanaf 1919 een vrouwelijke wethouder (Willy Hofman-Poot), evenals de katholieken (Stiena Ruypers-Erens). De Bond van Sociaal-Democratische Vrouwen-Propagandaclubs, waarvan Ten Bos-Harkema bestuurslid was, sprak de hoop uit dat zij werkzaam zou zijn ‘in ’t belang van de arbeidersklasse, zeker ook van de vrouwen en meisjes, die hulp en steun zoo dringend noodig hebben’ (gecit. Kalk, 63). Ook weekblad De Proletarische Vrouw reageerde enthousiast: ‘Hier komt een beschaafde, verstandige arbeidersvrouw, die een uitstekend begrip heeft van haar taak in de arbeidersbeweging, op een zeer verantwoordelijke post’ (27-9-1923).
Sociaal beleid
Ten Bos-Harkema was nog maar net wethouder toen zij in november 1923 voor de rechtbank in Assen moest verschijnen op verdenking van smaad. Als correspondente van Het Volk had zij gesuggereerd dat een politieman uit Gasselte overspel had gepleegd. De rechter veroordeelde haar tot een maand onvoorwaardelijk, een vonnis dat het gerechtshof in Leeuwarden in beroep bevestigde. Het gratieverzoek van Ten Bos-Harkema, waarbij ze erkende een ‘volgens de wet strafbare fout’ te hebben gemaakt zonder excuses aan de politieman te maken, werd afgewezen. Op 2 juli 1924 werd Eiske ten Bos-Harkema opgesloten in de strafgevangenis in Rotterdam. Ze ontving steunbetuigingen van honderden partijgenoten en kreeg bezoek van SDAP’ers als Suze Groeneweg – deze stuurde ook een rode geranium, maar die wilde in de cel niet bloeien. Na haar vrijlating (1-8-1924) werd Ten Bos-Harkema door honderden sympathisanten verwelkomd. De Proletarische Vrouw wijdde de voorpagina aan haar ‘zegetocht’ (7-8-1924). De wethouder was zichtbaar ontroerd: ‘Ik voel me net een koningin in plaats van een gevangenisboef’.
In haar eerste jaar als wethouder wist Ten Bos-Harkema de huur van arbeiderswoningen met een gulden te verlagen. Haar voorstellen voor werkverschaffingsprojecten (wegenaanleg en het uitdiepen van sloten), gemeentelijke bijstand aan werkloze arbeiders en een toeslag van vijftig cent per kind aan arbeiders in de werkverschaffing haalden het niet in de raad. Wel ging de raad unaniem akkoord met haar voorstel om meer te besteden aan het vervolgonderwijs aan kinderen. Kort na haar herverkiezing in 1927 als raadslid en wethouder haalde haar voorstel om tweehonderd gulden uit te trekken voor schoolvoeding en –kleding een nipte meerderheid.
In 1931 verloor de coalitie van SDAP en Plattelanders in Gasselte twee zetels en eisten de CHU en ARP een zetel op in het college. Omdat Ten Bos-Harkema niet wilde samenwerken met de ARP’er Salomons kwam er een andere SDAP-wethouder voor haar in de plaats. Ze bleef wel raadslid, ook na de verkiezingen van 1935. In het voorjaar van 1940 werd Jan ten Bos ernstig ziek. Hij werd ontslagen en stond zonder één cent op straat. Het brodeloos geworden gezin trok in bij familie in Voorschoten en zo werd Ten Bos-Harkema gedwongen afscheid te nemen van haar werk als raadslid van Gasselte: ‘Een teleurstellend bericht’, aldus Gasselts burgemeester Gaarlandt. Jan ten Bos overleed een maand na de verhuizing, Eiske ten Bos-Harkema vond een baan als huishoudster. In 1951 trok ze in bij een van haar dochters in Emmen, waar ze op 23 januari 1962 op 76-jarige leeftijd overleed. Ze werd onder grote belangstelling begraven.
Reputatie
Eiske ten Bos-Harkema kwam als raadslid en wethouder op voor laagbetaalden, werklozen en schoolkinderen. Ze was een typische representant van de ‘rode familie’ die haar leven in dienst stelde van de verwezenlijking van haar sociaal-democratische idealen. Daarnaast was zij actief in de plaatselijke gemeenschap. Ze maakte zich bij velen geliefd met haar betrokkenheid en eenvoud.
Archivalia
- Gemeentearchief Aa en Hunze, Gieten: notulen gemeenteraad Gasselte 1919 e.v.
- Historische Vereniging der Gemeente Gasselte, Gasselternijveen: collectie Eisse Kalk over Eiske ten Bos-Harkema.
- Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Amsterdam: Archief SDAP, De Proletarische Vrouw, 1923-1924.
- Nationaal Archief, Den Haag: Archief ministerie van Justitie, register strafgevangenis Rotterdam.
Publicatie
‘In de gevangenis’, verschenen als feuilleton in: De Proletarische Vrouw 25-9 t/m 16-10-1924.
Literatuur
- H. Staal, 150 jaar Gasselternijveenschemond. Een beschrijving van meer dan 150 jaar wel en wee van de Gasselternijveenschemond en haar bewoners (z.p. 1989).
- Jan de Roos, ‘Een beschaafde arbeidersvrouw. Eiske ten Bos-Harkema, de eerste vrouwelijke SDAP-wethouder’, in: idem, Met enige schroom. Pioniers van het lokaal bestuur (Amsterdam 2000) 103-105.
- Lammie Wardenburg-de Wal, ‘Een beschaafde arbeidersvrouw’, in: Op ’t Spoor 10 (2001) 112-114.
- Jan de Roos, ‘De rode geranium die niet wilde bloeien. Wethouder Eiske ten Bos in de gevangenis’, in: idem, Besturen als kunst. Lokale sociaal-democraten 100 jaar verenigd (Amsterdam 2002) 92-101.
- Eisse Kalk, De rode geranium. Leven en werk van Eiske ten Bos-Harkema (1885-1962), de eerste vrouwelijke wethouder van de SDAP in Nederland (Amsterdam 2005).
- OVT 10-5-2005, interview met haar kleinzoon Eisse Kalk [URL http://www.npo.nl/ovt/10-05-2005/POMS_VPRO_207888/POMS_VPRO_207862; geraadpleegd 14-1-2017].
Illustratie
Foto, door onbekende fotograaf, ca.1930 (in bezit van de auteur).
Auteur: Jan de Roos
laatst gewijzigd: 27/02/2017
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.