Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
L00054
27-01-1959
Actoren
Brief en nota
Samenvatting
Nota betreffende voorstellen van de Euratom-commissie met betrekking tot de oprichting van een instelling op universitair niveau.

De werkgroep die door de Raad van Ministers was ingesteld om voorstellen uit te werken inzake de oprichting van een instelling op universitair niveau, heeft geen overeenstemming kunnen bereiken. Het voorstel wat er nu ligt is een compromisvoorstel waarin gepoogd is de uitersten te verbinden. Wat opvalt is het gebrek aan erkenning van de eigen grenzen van de commissie. Voorgesteld wordt om het Nederlandse standpunt te baseren op de volgende punten:
a.) De voorstellen van de Euratomcommissie laten zoveel vragen onbeantwoord dat het onmogelijk is op deze basis goedkeuring te hechten aan de benoeming van een Conseil d'Administration als eerste orgaan van de Europese universiteit;
b.) Indien men aan het Euratomverdrag op dit punt een ruimere interpretatie wil geven, dan roept dat tal van politieke, organisatorische en onderwijskundige problemen op die eerst grondig bestudeerd moeten worden;
c.) Nederland is bereid om medewerking te verlenen aan de oprichting van een instituut voor kernwetenschappen op universitair niveau, bestemd voor volledig afgestudeerden en voor geselecteerde begaafde studenten met een volbrachte studie van tenminste drie jaar;
d.) en voor studenten die colleges/cursussen willen volgen op het gebied van Europese integratie;
e.) Er dient vooraf een duidelijk inzicht gegeven worden in de kosten;
f.) Over de organisatorische aspecten mbt een instituut in breder verband dient overleg te worden gepleegd met de ministers van onderwijs van de Zes.