S01528
04-01-1960
Actoren
Brief
Samenvatting
Atlantische Economische Conferentie op 12 en 13 januari 1960.
In december heeft de Amerikaanse onderminister Dillon een bezoek aan Europese hoofdsteden gebracht in zich op de hoogte te stellen inzake de Europese economische samenwerking. Hieruit is het initiatief voor een economische conferentie voortgekomen, die zal worden gehouden voorafgaand aan de OEES-ministersconferentie. Ook Nederland is uitgenodigd. Uit inlichtingen blijkt dat de er sprake is van de oprichting van een nieuwe organisatie, waarvan de VS en Canada vol lid zouden zijn, een soort organisatie voor Atlantische Economische Samenwerking, ter vervanging van de OEES. Op de conferentie zal verder o.m. gesproken worden over de hulp aan minder ontwikkelde gebieden, internationale arbeidsverdeling, en de problemen voortkomend uit het bestaan van twee economische blokken in W-Europa (EEG en EVA).
Nederland heeft geen hoge verwachtingen van de conferentie maar juicht het Amerikaanse initiatief wel toe en wel omdat de regering van de VS doordrongen raakt van het feit dat het Europese probleem een politiek karakter draagt en ook voor de samenwerking in NAVO-verband wel eens ongewenste politieke gevolgen kan hebben en dat door de conferentie een nieuw forum wordt geschapen om over de huidige Europese problematiek te spreken.
In december heeft de Amerikaanse onderminister Dillon een bezoek aan Europese hoofdsteden gebracht in zich op de hoogte te stellen inzake de Europese economische samenwerking. Hieruit is het initiatief voor een economische conferentie voortgekomen, die zal worden gehouden voorafgaand aan de OEES-ministersconferentie. Ook Nederland is uitgenodigd. Uit inlichtingen blijkt dat de er sprake is van de oprichting van een nieuwe organisatie, waarvan de VS en Canada vol lid zouden zijn, een soort organisatie voor Atlantische Economische Samenwerking, ter vervanging van de OEES. Op de conferentie zal verder o.m. gesproken worden over de hulp aan minder ontwikkelde gebieden, internationale arbeidsverdeling, en de problemen voortkomend uit het bestaan van twee economische blokken in W-Europa (EEG en EVA).
Nederland heeft geen hoge verwachtingen van de conferentie maar juicht het Amerikaanse initiatief wel toe en wel omdat de regering van de VS doordrongen raakt van het feit dat het Europese probleem een politiek karakter draagt en ook voor de samenwerking in NAVO-verband wel eens ongewenste politieke gevolgen kan hebben en dat door de conferentie een nieuw forum wordt geschapen om over de huidige Europese problematiek te spreken.