27 - 01 - 1628
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Vosbergen bericht over het gisteren besproken beletsel van de
ambassadeurs.
HHM laten de
Admiraliteit te Rotterdam
nog een schip sturen dat over de dorpels kan varen.
2
HHM ontvangen een brief van de gezanten in
Polen d.d. Danzig [Gdansk] 10 dec. 1627 en twee brieven van
Carl van Cracou d.d. Elseneur
[Helsingør] 19
en
23
januari.
Essen bekijkt of de brieven een besluit vereisen.
3
Schaffer maakt melding van een brief d.d. Groningen 8/18
jan. waarin
Ernst Casimir
bericht over de toestand in
Oost-Friesland. Aangezien de keizerlijke
aanhangers
niet willen vertrekken uit
Leer verzoekt hij HHM
te besluiten of
kapitein
Coenders, commandant van
Leerort, hen moet verdrijven. HHM dienen ook te beslissen over zes
punten die de stad
Emden aan
Feith,
Franckena en
Huninga heeft
voorgesteld:
I Of de oorlogsschepen de toevoer aan de keizerlijke aanhangers zowel uit neutrale landen als uit de Republiek zullen verhinderen.
II Welke dorpen men zou mogen bezetten met het volk van de stenden en in hoeverre.
III Of men de keizerlijke troepen laat inkwartieren in die dorpen of dit met geweld zal verhinderen.
IV Of het garnizoen van de stad moet toestaan of verbieden geld of gijzelaars uit de bezette dorpen te halen, aangezien het garnizoen van het landschap daarbij voordeel heeft.
V Of HHM hulp verlenen wanneer de stadssoldaten vanwege punt IV worden aangevallen.
VI Of in geval van nood meer soldaten naar Emden worden gezonden.
HHM geven de brief en bijgevoegde stukken aan de RvS die daarover na bespreking met Z.Exc. zal adviseren.
4
In een brief aan
Walta verzoeken de
Staten van
Friesland
HHM de toevoer naar
Oost-Friesland bij plakkaat te verbieden.
HHM zullen Walta op de hoogte brengen van hun resolutie hierover van 22 januari.
5
HHM geven het door de
fiscaal gedane verhoor van
Caspar Simonius
Rits en
Diderick
Leeck aan de RvS.
6
Commies
Van der Haer levert een staat in van de soldij van de waardgelders over
de vier maanden die zij in dienst zijn geweest.
Essen,
Antwerpen,
Hartevelt,
Haersolte en
Schaffer zullen de staat
onderzoeken.
7
HHM bespreken de resolutie van 26 jan. over de solliciteurs van compagnieën.
Zij laten solliciteur
Meurskens en de kapiteins met wie hij in onenigheid is nader horen
door de RvS. De RvS moet bewerkstelligen dat Meurskens het
kapiteinsgeld blijft vorderen of niet verhindert dat dit door
anderen
wordt gedaan.
8
Op 27 dec. 1627 hebben HHM besloten dat de RvS kwartiermeester
Percheval redelijk zou tegemoetkomen uit de gage van de
heer
van
Valckenborch aangezien hij diens
ambt als
kwartiermeester-generaal in het leger heeft bediend. Perceval
klaagt in
een rekest dat de RvS daarvan tot nog toe niets heeft
gegeven.
HHM verzoeken de heren van
Holland
Percheval voor zijn diensten als kwartiermeester-generaal in
1627 500 gld. te betalen van het traktement van Valckenborch.
9
VOC-bewindhebber
Brouwer compareert en verzoekt HHM geen definitief besluit
te nemen over de liquidatie zonder mensen van de
VOC
te
horen.
HHM laten het onderzoek naar de liquidatie voortzetten en indien nodig mensen van de Compagnie horen.
10
De
Franse ambassadeur compareert en legt het advies van de RvS voor
aangaande de door hem aanbevolen commissaris
Franchemont.
Na zijn vertrek lezen HHM het advies. Het vermeldt dat Franchemont niet voorkomt op de bij het verdrag van
Compiègne opgestelde lijst met pensioenen.
HHM vragen
Essen en
Noortwyck waarom
Franchemont daarop ontbreekt.
11
HHM resumeren de bespreking over de declaratie van
Berckel en
Van der Hooch.
Aan vacaties krijgt Berckel 700 gld., terwijl Van der Hooch voor zichzelf en zijn dienaar 250 gld. ontvangt.