S01492
17-03-1958
Actoren
Verslag
Samenvatting
Coördinatiecommissie 17 maart 1958
1. Bespreking resultaten Intergouvernementele Commissie voor de Vrijhandelszone (11/13 maart). Besloten wordt dat het vodoende is indien de associatie van overzeese gebiedsdelen aan de vrijhandelszone open wordt gehouden door opneming in het verdrag van een associatie-clausule. De grootste winst is dat de Engelsen zich voor meerderheidsbeslissingen hebben verklaard.
2. Instructie voor de werkgroep van de zes voor de vrijhandelszone. Nederland is tegen de Engelse wensen met het Franse voorstel meegegaan om associatieverdragen e.a. aan de prealabele goedkeuring van de instituten van de vrijhandelszone te onderwerpen. Hiermee heeft Nederland getoond bereid te zijn met redelijke Franse standpunten mee te gaan.
3. Het concept-voorstel van Landbouw inzake de vrijhandelszone wordt op de volgende punten gewijzigd: a) De doelstelling van handhaving van de huidige afzet van de lidstaten op elkaars markten zal als verplichting in het verdrag moeten worden geïncorporeerd; b) Het n.a.v. dde confrontatie van het landbouwbeleid der landen opgestelde jaarlijkse rapport zal onder de algemene aandacht worden gebracht. Er zal echter niet worden gesproken over overlegging aan de nationale parlementen; c) De tariefafbraak zal zich niet beperken tot 8 jaar, maar zich uitstrekken over de gehele overgangsperiode; d) De verruiming der kwantitatieve restricties zal volgens hetzelfde tempo voltrekken als voor de industriële producten.
1. Bespreking resultaten Intergouvernementele Commissie voor de Vrijhandelszone (11/13 maart). Besloten wordt dat het vodoende is indien de associatie van overzeese gebiedsdelen aan de vrijhandelszone open wordt gehouden door opneming in het verdrag van een associatie-clausule. De grootste winst is dat de Engelsen zich voor meerderheidsbeslissingen hebben verklaard.
2. Instructie voor de werkgroep van de zes voor de vrijhandelszone. Nederland is tegen de Engelse wensen met het Franse voorstel meegegaan om associatieverdragen e.a. aan de prealabele goedkeuring van de instituten van de vrijhandelszone te onderwerpen. Hiermee heeft Nederland getoond bereid te zijn met redelijke Franse standpunten mee te gaan.
3. Het concept-voorstel van Landbouw inzake de vrijhandelszone wordt op de volgende punten gewijzigd: a) De doelstelling van handhaving van de huidige afzet van de lidstaten op elkaars markten zal als verplichting in het verdrag moeten worden geïncorporeerd; b) Het n.a.v. dde confrontatie van het landbouwbeleid der landen opgestelde jaarlijkse rapport zal onder de algemene aandacht worden gebracht. Er zal echter niet worden gesproken over overlegging aan de nationale parlementen; c) De tariefafbraak zal zich niet beperken tot 8 jaar, maar zich uitstrekken over de gehele overgangsperiode; d) De verruiming der kwantitatieve restricties zal volgens hetzelfde tempo voltrekken als voor de industriële producten.