S02532
14-01-1969
Actoren
Verslag
Samenvatting
Verslag 32e vergadering ministers van Financiën van de EG op 13 en 14 januari 1969.
Besproken werd o.m. het interim-rapport van het Monetair Comité inzake een mogelijke monetaire samenwerking in de Gemeenschappen. Het rapport benadrukt de noodzaak van betere coördinatie van de economische politiek van de Gemeenschappen. Om tot een convergance op langere termijn te komen, is het noodzakelijk dat lidstaten de doelstellingen op langere termijn gemeenschappelijk vaststellen. Nauwere integratie van sommige sectoren bemoeilijkt het manipuleren van de wisselkoers als instrument van economische politiek. Om de monetaire samenwerking te verbeteren, stelt het Monetair Comité prealabele consultaties voor over maatregelen die een belangrijke invloed hebben op de economiën van de partnerlanden.
Alle ministers en Commissaris Barre menen dat het rapport interessante punten bevat. Zij zijn unaniem van mening dat de coördinatie van de economische politiek moet worden versterkt. Witteveen meende dat nauwere monetaire samenwerking de Britse toetreding niet mag bemoeilijken.
Besproken werd o.m. het interim-rapport van het Monetair Comité inzake een mogelijke monetaire samenwerking in de Gemeenschappen. Het rapport benadrukt de noodzaak van betere coördinatie van de economische politiek van de Gemeenschappen. Om tot een convergance op langere termijn te komen, is het noodzakelijk dat lidstaten de doelstellingen op langere termijn gemeenschappelijk vaststellen. Nauwere integratie van sommige sectoren bemoeilijkt het manipuleren van de wisselkoers als instrument van economische politiek. Om de monetaire samenwerking te verbeteren, stelt het Monetair Comité prealabele consultaties voor over maatregelen die een belangrijke invloed hebben op de economiën van de partnerlanden.
Alle ministers en Commissaris Barre menen dat het rapport interessante punten bevat. Zij zijn unaniem van mening dat de coördinatie van de economische politiek moet worden versterkt. Witteveen meende dat nauwere monetaire samenwerking de Britse toetreding niet mag bemoeilijken.