Graaf Willem III beleent Dirk van der Dobbe, poorter van Leiden, met de 6½ halve morgen land in het ambacht Wassenaar die deze hem in vrij eigendom had opgedragen in ruil voor de toestemming tot verkoop van 7½ akker leengoed; voorts regelt hij de verving van dit leen.
Dirck van Dobben.
Aan het einde van de tekst in de marge een horizontale streep.
Dirc vander Dobbe.
Vgl. nrs. NH 76 en 342.
Wi Willaema grave etc. maken cond etc.b dat Dieric van der Dobbe, onse poirter van Leyden, ons op ghedraghen heeft enen vrien eyghendoem van zeven dalf morghen landc, ligghende intd ambocht van Wassennaire toit Oistdorpf in heren Dierix ambocht van Zudijcg, ende heten tOudelandh, van der oistziden in ghemeten, voir achtalf ackeri lands op den Nuwenj venek die Dieric voirs. van ons te leene helt ende wi hem gheoirloftl hebben te vrien eyghen te vercoepen; wilke zeven dalf morghen land voirscreven wi verleent hebben ende verlien met desen brieve Dieric van der Dobben voirs. van ons te lene te houden, in manieren dat na siere doet comen zal op Ermetrudem siere dochter, of op hare kinder ghebrake hoirs voir dienn Dierikeo voirs., ende voirt te lene te houden dep rechten leen houderq, binnen achtersusterkint niet te versterven.
In orkonde etc. Ghegheven in die Haghe des vridaghes up sinte Jacobs avond int jaer ons Herenr M CCC zeven ende twintich.
Per Enghebrechts.