Bisschop Frederik II van Utrecht verklaart dat graaf (Willem III) hem heeft hulp heeft toegezegd in zijn oorlogen, althans die welke hij begint op advies van hem en van de met name genoemde geheime raden die hij met diens toestemming heeft aangesteld, en hij belooft de graaf geen oorlog waarin hij diens hulp verlangt te zullen beginnen dan op advies van genoemden, dat hij tijdens die oorlog naar die adviezen zal handelen, en dat hij van zijn kant de graaf zal steunen in diens oorlogen.
Idem.a
Vgl. nrs. UT 27, 28, 31 en 35-36.
De onderstaande tekst is gebaseerd op afschrift B.
Wi Vredercb, bider ghenaden Gods bisscop tot Utrecht, maken cond allen luden. Want een edelc man ende een moghende, onse lieve neve die grave van Henegouwend, van Hollande etc., ons ghelovet hevet: waer dat wi enich orloghe beghinnen wilden daer wi siere helpe toe begheerden, dat hi daer in helpen soude also verre alse wi dat orloghe anenamen bi sinen rade ende bi der gheer rade ghemeenlike die wi bi sinen goeddinken tote onsen heymelike radef ghenomen hebben, als heren Arnoudsg provest van Aernem, heren Jacobsh proeft van sinte Jans toet Utrechti, meister Jans van Florenche proest van Songijs, heren Jans here van Erclenj, heren Zueders here van Abecoude, heren Symons van Bentemk, heren Gheraerdsl van Raporst, ridderen, meister Heynrixm ons clercs, Heynrixn van Diepene ende Willaemso ons neven des graven camerlinc voers., sonder archlist; zoe gheloven wi hem weder met desen brieve dat wi en ghien orloghe anenamen en zullen daer wi siere helpe toe begheren zullen alst voerscreven es en sie bi ons selfs rade ende bi deser luden rade ghemeenlike voerscreven, ende in dien orloghe zullen wi in allen manieren bi hem werken. Ende des ghelike gheloven wi onsen neve den grave voers. in allen manieren hem weder te helpen in sinen orloghe; ende alle stucken voerscreven zonder archlist.
In orkonde desen brieve bezeghelt met onsen zeghele. Ghegheven tote Haerlaemp des dinxendaghes na sinte Jans dachq te uytghaende oeste int jaer ons Heren M CCC ende twintich.
- bisschop Frederik II van Utrecht
- graaf Willem III
- Henegouwen
- Holland
- heer Arnoud proost van Arnhem
- heer Jacob proost van Sint Jan te Utrecht
- meester Jan van Florence, proost van Soignies
- heer Jan heer van Arkel, ridder
- heer Zweder van Abcoude, ridder
- heer Simon van Benthem, ridder
- heer Gerard van Raaphorst, ridder
- meester Hendrik, klerk van de bisschop
- Hendrik van Diepenheim
- Willem (van Duivenvoorde), grafelijk kamerling
- Haarlem