Graaf Willem IV bepaalt naar aanleiding van klachten betreffende de vismarkt van Katwijk, die hem bereikten uit Noordwijk en elders toen hij het burggraafschap van Leiden beheerde voordat hij dat aan Filips van Wassenaar verkocht, en na overleg met heer Jan van Henegouwen, heer van Beaumont, vervolgens gehoord hebbend de lieden die zij beiden hadden aangesteld om de waarheid te vinden, dat de vismarkt vanouds in Katwijk is gevestigd, maar dat niemand gedwongen mag worden daar vis te verkopen.
Burchgraefscip.
In de marge, door andere hand: Viscmarct tot Catwijc. – Eronder, vóór de initiaal W een diagonale streep.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Willem ..grave van Heynnegouwena etc. maken cond allen luden dat die wile dat die burchgrafscipb van Leyden onse was eer wise Philps van Wasnair vercoften, omme groete croningghe die ons liefs oems lude heren Jans van Heynnegouwenc, here van Baymond, van Nortich, ende anders onse lude uyt onsen landed jeghens die van Catwice hadden omme die vischmarct te Catwic te houden ende omme die boeten dair die van Catwic die lude mede dwinghen wilden die vischmarct dair te houden, wi met onsen lieven oem heren Janne van Heynnegouwenf, here van Baymond voirs., over een draghen ende setten lude dair toe van onser beyder weghen diere ene wayride of besochten na der crone van beyden partien; ende omme dat die wairideg versocht was eer wi Philps voirs. die burchgrafsciph vercoften, soe hebben wi ons besproken mit den goeden luden van onsen lande ende mit onsen Raede, ende sien over yen ghedraghen dat wijt na dier wayride sculdich sien te sceyden. Ende hebben mit onsen goeden luden voirscreven die wayride ghehoert ende onse lude die die wayride besaten, ende na dier wayriden soe hebben wi ghevonden dat die vischmarct van ouds gheleghen heeft te Catwic, mer dat mer van rechte niemand toe dwinghen en mach mit enighen boeten die vischmarct te houden; ende alsoe ghebieden wijt voerwaert mere te hantieren.
Ghegheven in die Haghe des dinxendaghes na jairs dach int jair viertich.
Per dominum presentibus domino de Arcle, W. de Duvoird et Theodericoi Molnairj.k
l S(igillavit) dominus F. de Haemstedem.