WI 251 bis
1339 mei 30
Geertruidenberg
Graaf Willem IV beleent Jan van Besoijen met het nader omschreven ambacht Besoijen alsmede met de molen, het veer en de gruit aldaar, waarbij hij regelingen treft voor de uitoefening van de jurisdictie en de inning van de boetes bij misdrijven, en hij de boetes vaststelt bij overtreding van het maal- en gruitrecht.
Editie/regest: Van Mieris, ChHZ II, p. 619-620.
De tekst van deze oorkonde is opgenomen in nr. WI 251, een vidimus door stadhouder en raden van Holland d.d. 1549 september 6; zie aldaar. Het vidimus geeft tevens de – blijkbaar corrupte – namen van de betrokken raad, klerk en zegelaar.
[Dienstaantekening:]
Per dominum, ad relationem Th. Muluale. R. Bloer.
S(igillavit) Raso de Liedekerke.
Oorkonder: graaf Willem IV
Destinataris: Jan van Besoijen
Namen:
Trefwoorden: