Graaf Willem III laat schout, schepenen en goede lieden van Poortvliet weten dat hij vanwege drukte een uitspraak over de regeling van de dijkplicht in het nieuwe land van Priestersmeet voorlopig aanhoudt, maar gelast dat zijn eigen landen aldaar gelijk met het oude land gemet-gemetsgelijk worden aangeslagen.
Poirtvliet.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
De onderstaande tekst is gebaseerd op afschrift B.
Wi Willaem grave van Heynnegouwena b etc. onsen scoutate, scepenen ende anders onsen goeden luden van Poirtvlietc, saluyt met goeder jonsten. Want dat land van Poirtvlietd alenken polren ghedijcte es ende alle die polre mede gheheventf sieng met den ouden lande h te dikene meti met ghelike, wair bi dat vele luden recht denketj datmen dat nieweland van Priesters meetk mede sculdich ware te hevenenl met denm ouden lande ghemene te diken, dair wi tote deser wilen omme ander onmoeten die wi op hebben dat nauste recht niet of ondervinden en moghen, mair houden dat toit onsen verclaersene; ende ghebieden onsen scoutate, scepenen ende anders onsen goeden ludeno van Poirtvlietp voirscreven dat si ons selves land also verre alst ons in Priesters meet toe behoirtq metten ouden lander ghemenes in heveninghen brenghen mett met ghelike met hem te dikenu.
In oirkonde desen brieve etc. Ghegheven in Middelburchv op sente Benedictus dach int jaer ons Heren M CCCo ende zestiene.
¶ Per dominum, dominum Zudensemw, magistrum Iohannemx de Florenciay, dominum Iohannemz de Cruninghea', dominum Nycholausb' Kervincc' et alios, et dominum Gherardumd' de Raporst.