Graaf Willem III verklaart dat ten overstaan van hem Willem en Simon van der Westkerke uit Wolphaartsdijk en Pieter Colijnsz. vanwege diens echtgenote Aachte hebben verklaard dat de elf gemet land met huis en hof in Zandvliet in Emelisseramabcht, die hun stiefvader Wisse Hendriksz. als lijftocht had geschonken aan diens echtgenote Margareta, hun moeder, na haar dood zal komen aan de kinderen die Wisse bij Margareta heeft, en wanneer die zonder wettig nageslacht overlijden daarna aan de erven van Margareta en niet aan die van Wisse, zoals ook Wisse ten overstaan van hem heeft verklaard.
Willem ende Symon vander West kerken.
De bovenstaande datering is gebaseerd op de veronderstelling dat de paasstijl is toegepast. Zie de Inleiding.
Wi Willaem grave etc. maken cond allen ludena dat voir ons quamen Willem ende Symon van der Westkerkenb in Wolfairds dijc, ende Pieter Colijns sone van Agheten weghen sijns wijfs, ende verlieden hem dat die elf mete lands legghende opc Zandvlietd in Emelisser ambochte ende huus ende hof alsoe alst nu staet op dit voirseyde land, ende Wisse Heynrixf sone hoir stiefvader ons opdroech tote Margrieten lijftochte behoef sijns wijfs ende hoirre moeder, dat dit land g na Margrieten doet mid den huse ende mit den hove comen sal op Wissen kindere die hi heeft bi Margrieten voirscreven; ende storven die kindere zonder wittelike gheboirte, zoe zoude dit land, huys ende hof voirscreven comen op Margrieten erfnamen ende niet op Wissen erfnamen; ende des heeft hem Wisse mede voir ons verliet.
In orkonde etc. Ghegheven in Middelburchh des vridaghes voir Palmen int jair ons Heren M° CCC° XXXI°.