Graaf Willem III verklaart dat Jan de Molenaar Filipsz. met zijn toestemming aan diens echtgenote jonkvrouw Catharina, op verzoek van haar vader Willem van Drimmelen, een lijftocht heeft geschonken bestaande uit de tiende in 's-Gravenland en de zijdwinde langs het ambacht 's-Gravenland, welke Jan beide van hem in leen houdt.
Joncfrou Katherine Jan die Moilnaera wijff lijftocht.
Het begin van de tekst is doorgestreept.
De datering van de oorkonde geeft een probleem: in 1332 viel sint Bavendag (1 oktober) op een donderdag, niet op een dinsdag. Dit leidt dus tot een datering van ofwel 29 september (wanneer 'op' wordt gelezen als 'voor') of 1 oktober (wanneer 'dinsdag' wordt gelezen als 'donderdag'). Gezien de correctie in dinxendaghes (zie noot p) zit de fout mogelijk in de dagaanduiding, en moet de datum worden herleid tot 1 oktober. In die richting wijzen ook de in het register volgende oorkonden nrs. ZH 430-431 d.d. 1 oktober, waarin dezelfde personen figureren als in de onderhavige tekst.
Wi Willemb grave c etc. maken cond etc. dat wi omme bede willen Willemsd van Drienmilen Janne den Moilnaire, Philipsf sMoilnairsg sone, alsulke gratie ghedaen hebben dat hi joncfrouwen Katherinenh sinen wive, Willemsi dochter van Drienmilen voirs., mid onser hand ghemaecht heeft toit hoirre lijftocht den tiende in Graveland alsoe groet als hi nuj te tyden k van ons houd, voirt soe heeft hi hoir ghemaicht mid onser hand die zijtwinde legghende ane yeweder zide vanl den ambocht van Graveland voirs. alsoe groet als hise oic nu te tyden vanm ons houd te liene; in wilker lijftocht voirscreven wi gheloven te houden joncfrou Katherinenn voirs. als wi sculdich sien te doene.
In orkonde etc. Ghegheven te Kaynoto des dinxendaghesp op sente Baven dach int jair XXXIIo.