Mannen- en vrouwenbos 'Regt door zee'
Gegegevens |
|||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam | Mannen- en vrouwenbos 'Regt door zee' | ||||||||||||||||||
Plaats | Amsterdam | ||||||||||||||||||
Provincie | Noord-Holland | ||||||||||||||||||
Aard | onderling | ||||||||||||||||||
Datum | 1825-1863 (laatste vermelding) | ||||||||||||||||||
Jaar van oprichting | 1825 | ||||||||||||||||||
Laatste vermelding | 1863 | ||||||||||||||||||
Bestaansduur | 30-50 jaar | ||||||||||||||||||
Ziekengeld | ja | ||||||||||||||||||
Ziektekosten | ja | ||||||||||||||||||
Begrafenisgeld | ja | ||||||||||||||||||
Leden |
|
||||||||||||||||||
Tekst | Mannen- en vrouwenbos `Regt door zee'. 1825- Opgericht 16 jan. 1825. Reglement 1825, dus het oprichtingsjaar. Toch wordt er in gesteld, dat er geen trekkende leden meer worden aangenomen vóór hun aantal gedaald is tot 150. Wellicht was er sprake van voorinschrijving alvorens men tot de oprichting over was gegaan. Voorzieningen: ziekengeld na drie dagen 50 cent per dag; medicijnen, arts; begrafenisgeld ƒ40 na drie maanden lid, ƒ50 na 2 jaar en ƒ60 na 4 jaar. Leden: 1826 150; 1842 465; mrt. 1850 450; 1851 450; 1852 440; 1853 420; 1854 420; 1863 300. Na 1853 verstrekte de sociëteit geen gegevens meer. Onduidelijkheid: bij de lijsten voor de samenstelling van de statistiek over 1826 en 1827 kwamen twee opgaven van `Regt door zee' voor; in 1826 ledental resp. 150 en 164, in 1827 had de ene in jan. 143, in december 99 leden. De andere had 180 leden. Mogelijk betrof het een onderscheid in de bus van trekkende en in die van niet trekkende leden. Contributie: mannen 70 cent, vrouwen 50 cent per 4 weken; 1842 alleen 15 cent genoemd. Bestuur: 1842 Jb. Wars, aanspreker, Rozegr. L. Dwrsstr.; J.F. Smit, Kattenburgerstr.; A. Groenendijk, Noordermarkt. 1850 G. Smit. In 1852 tekende J. Cornelisse de opgave. 1853 J.C.Cornelisse, N.Z. Kolk. Adres: 1855 en 1858 H.H. Uloth, Zeedijk H 188, die de apotheker van de sociëteit was. Bijzonderheden: het maximum ledental is bepaald op 150 trekkende en 250 ontrekkende leden. Volgens een niet gedateerd uitgaafbriefje waren er echter 265 mannelijke en 200 vrouwelijke leden (waarschijnlijk in 1842). Een van de directeuren was aanspreker. De leden moesten van de bosaanspreker gebruik maken. Als er geen vrienden waren moest het bosbestuur de begrafenis regelen. De bosvader moest een borg stellen. De bos werd gehouden in de Vrede. In lijst 1842 gesteld in het wijnhuis op de Kolk 41. Ook in deze bos gold de plicht 5 cent te verteren. Bronnen: Armverslag 1827; GAA. |