Algemene Zieken- en Begrafenisbeurs
Gegegevens |
|||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam | Algemene Zieken- en Begrafenisbeurs | ||||||||||||||
Plaats | Maastricht | ||||||||||||||
Provincie | Limburg | ||||||||||||||
Aard | onderling | ||||||||||||||
Datum | 1835-1892 (laatste vermelding) | ||||||||||||||
Jaar van oprichting | 1835 | ||||||||||||||
Laatste vermelding | 1892 | ||||||||||||||
Bestaansduur | > 50 jaar | ||||||||||||||
Ziekengeld | ja | ||||||||||||||
Ziektekosten | ja | ||||||||||||||
Begrafenisgeld | ja | ||||||||||||||
Leden |
|
||||||||||||||
Tekst | Algemene Zieken- en Begrafenisbeurs. 1835- Opgericht: 1835, met autorisatie van het stadsbestuur. Volgens CCS 15 mei 1835. Id. BiZa, inv. nr 1077, 25 okt. 1852, 174, reglement 1835. Voorzieningen: 1835 ziekengeld ƒ1,50 (2 maanden), meesters kunnen nog 1 maand verlenging toestaan; begrafenisgeld ƒ10,60, voor kinderen onder de 15 ƒ5,-; arts en medicijnen; ±1892 (reglement 1882) werd nog slechts geneeskundige behandeling en medicijnen, kosten van bevalling uitgezonderd, verstrekt. Als enige beurs in Maastricht laat deze vrouwen zelfstandig toe voor geneeskundige hulp en medicijnen. Contributie: volgens reglement 1835 20 cent per maand en 30 cent entree; ± 1892 15 cent per maand en 30 cent entree. Leden: 1840 352; 1845 365; 1850 225; 1853 200; 1865 135; 1892 59. Bezit: 1846 ƒ400 op spaarbank; CBS ƒ60 in rijkspostspaarbank. Bronnen: Armverslag 1840; S. 450, ±1840-? Algemene beurs; Begrafenisrapport Nut, 228; Fondsenenquête, 533, Algemeene Mannen- en Vrouwen-Ziekenbeurs, opgericht 1835; Verhoren Maastricht, 111; CCS 1894, no. 1012; op departementale lijst komt het Algemeen Maastrichts Ziekenfonds van de stadsgeneesheren voor. |