Maatschappij voor geneeskundige hulp en ondersteuning 'Troost in lijden'
Gegegevens |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Naam | Maatschappij voor geneeskundige hulp en ondersteuning 'Troost in lijden' | ||||||||
Plaats | Amsterdam | ||||||||
Provincie | Noord-Holland | ||||||||
Aard | commercieel | ||||||||
Datum | 1843-1890 | ||||||||
Jaar van oprichting | 1843 | ||||||||
Jaar van opheffing | 1890 | ||||||||
Bestaansduur | 30-50 jaar | ||||||||
Ziekengeld | ja | ||||||||
Ziektekosten | ja | ||||||||
Begrafenisgeld | ja | ||||||||
Leden |
|
||||||||
Tekst | Maatschappij voor geneeskundige hulp en ondersteuning `Troost in lijden'. 1843-1890 failliet*. Opgericht 1 dec. 1843. De maatschappij werd in ieder geval in 1859 nog aangeschreven, in 1863 niet meer. Zij had echter altijd geweigerd de tabellen in te vullen. Komt nog voor in de AZA-lijst over 1863, zij het met hetzelfde ledental als in 1854. Reglement jan. 1852. Aard: directiefonds. De directeuren ontvingen 1 à 2 cent per lid. Zij benoemden hun eigen opvolger. De bode werd uit de kas betaald. De directeuren regelen alles in overleg met de medici. Voorzieningen: geneeskundige hulp; ziekengeld afhankelijk van de duur lidmaatschap ƒ2-4,- per week (1 jaar); begrafenisgeld ƒ20-45 bij meer dan 10 jaar lid. Leden: mrt. 1850 270; 1851 360; AZA 1854 en 1863 360. De directie vulde, 1851 uitgezonderd, nooit de tabellen in. Bezit: 1851 ƒ1000 3% NWS en ƒ1400 2½% NWS. Bijzonderheden: kinderen jonger dan 2 jaar gratis geneeskundige hulp; als beide ouders lid zijn kinderen tot 12 jaar gratis bediend. Indeling in 5 klassen. Ziekengeld tegen 10 cent extra contributie. Alleen geneeskundige hulp 20 cent contributie. 1e klasse ontvangt thuisbediening. Bij veel zieken of sterfgevallen kan de contributie worden verhoogd of het zieken- en begrafenisgeld worden verlaagd. Directeur: 1850 F.H. Herpel; 1853 idem, en E.W.H. Wijntjes, `welke ten hunne woonplaats de Elf Commissie bekend elkander spreken'. 1855 ev steeds Herpel, Hartenstr. LL 187. Bijzonderheden: In de Verzekeringsbode 1887/8, 121/2 verscheen een zeer kritische bespreking van het reglement. Conclusie: beter reglement nodig als `dit fonds steeds werkelijk troost in lijden zal bieden en blijven bieden.' Is niet onderling, maar op winst gericht. Bronnen: Begin jaren vijftig in Armverslag; GAA; Calisch, 54; Verzekeringsbode, 1885, bijl. 10, directeur Joh. Jäger; Vgl. S. 494, Troost en hulp in Lijden, 1843-1890 failliet*. Begrafenisrapport Nut, 18, geeft dergelijke maatschappij, opgericht 1843, directeur Johs. Jager, ozs `Troost en Hulp in Lijden. Op basis hiervan geconcludeerd, dat het de door S genoemde maatschappij is, die wellicht gefuseerd is met Hulp in lijden. |