Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Samenvatting
6. Het plan van de Europese Commissie met betrekking tot de vrijhandelszone (Brief Luns 8-4-1958, nr. 52451).
Van der Beugel meent dat het een hele vooruitgang is dat landen als Engeland en Noorwegen nu t.a.v. de vrijhandelszone willen afzien van unanimiteit. Samkalden maakt bezwaar tegen de gedachte dat de Nederlandse delegatie naar zoveel mogelijk meerderheidsbeslissingen zal moeten streven; dit zal dus niet zo algemeen moeten gelden, maar alleen voor concrete gevallen.
T.a.v. de landbouw wil Van der Beugel nog met Vondeling spreken. Deze stond op het standpunt dat men twee dingen moest afwijzen: de poging van Franse zijde om prealabel te stellen, dat er een gemeenschappelijk landbouwbeleid moet zijn voordat men iets doet en het streven om in Europa nog een uitgebreider systeem van minimumprijzen te krijgen. Hij meent dat er een tussenweg moet worden gevonden.
De raad gaat akkoord met de nota.