Wij spraken veel over Kamerling die ook voor hem een onoploslijk raadsel was; over de fransche Kerk en vernam hij met vreugde, dat na mijne eerste blijdschap over zijn benoeming, er nu het plezier eigentlijk van af was voor mij, en ik dor genoeg zijne intrede te gemoet zag.
Komst d C [da Costa]
Eer ik henen ging kwam d C. nog die in eene kalme stemming scheen te zijn. Nancy blijft nog zwak.
Voorb. Verweyde.
'S avonds moest ik bij Verweyde zijn en dacht dat daaruit misschien veel geboren zou worden. Maar ziet het was ten eerste zeer kort en verder naar aanleiding van 1 Joh. 4 v 10 wierd er ten minsten over Christus en de Verlossing gesproken. Er waren wel zonderlinge redeneringen in; het was zeer koud, maar het gaf niet die ergernis van de vorige keer.
Stille avond
De avond genoegelijk met Caroline te zamen. Er is altijd veel te bespreken. Gerrit is nu op een zoo genoemde dansles bij Van Hall. Het ligt in de weg, het behoort tot een ongoddelijke wereld maar zoo is nu nog alles wat hij doet, en wat hij aanraakt. Heere wees hem genadig en doe ons aanhouden in het gebed. Uwe oogen zijn overal & en gij ziet hem, gelijk gij mij gezien hebt, in die dagen toen ik in dit alles was. En toch Heere gij weet het, dat waren niet mijn verkeerdste gedachten. Er lagen diepere angels die ook nu nog werken, nu en dan.
Varia, weder.
Het weder is volkomen dooi & zeer wak. De Scheepvaart begint weder.
d C. Coll
DC. Coll. over Goethe & Bilderdijk moet zeer belangrijk zijn. Ik kan er maar niet na toe komen. Het is of ik tegen gehouden worde.
Ds. Ledeboer
Tekenen van levendigheid, krachtige preken van Ds Ledeboer te Benthuyzen Vriend van Messchert tot wien scharen van menschen moeten toevloeien.
2e Kerst bij Mev Koenen
De twede Kerstdag bij Mev. Koenen schijnt mij al zeer levendig geweest te zijn. Koenen & Chev [Le Chevalier] moeten er elk een treffend gebed gedaan hebben,
Avond v Voorbereid.
De avond was genoeglijk. Door een zamenloop van omstandigheden waren alle de jongens uit. Het was niet alleen stichtelijk dat wij spraken, want nu eens te zamen zijnde kwamen alle de betrekkingen van ons huishouden voor den dag, en konden zich van de beschouwing van ons geestelijk leven niet afscheiden. Wat ik uit de Bijbel las kwam mij zoo innig waar en heerlijk schoon voor, dat ik gene behoefte had in uiteenzetting te treden.
Zondag.
Jany. 6.
Avondmaals Viering bij L' Ange [Teissèdre de L' Ange]
De nacht was gerust de ogtend stil, en toch ik had een innerlijke rust. Niet zoo zeer het gevoel van gebrokenheid maar van overtuiging van nietigheid en elende, en van een stil vertrouwen op de kracht van Christus. Ik was in eene stemming om over den leeraar heen te zien, en zo reden wij na de kerk. Het voorgebed v L'Ange het zingen uit den 84e en den 42e psalm en het begin van de preek over de text uit Hebr. 11 dat de Aartvaders eene blijvende stad zochten, waarvan God de bouwmeester is, trof mij zeer en ik mogt er mij mede vereenigen. Naderhand bij het slot en gedurende de vrij lange toespraken spande hij wel gedurig de paarden achter de wagen doch ik gevoelde mij toch innerlijk stil en deel nemende in het geen mij voorkwam, daar ik als in Pourchasse zijnde, bij de tafel zat. Och indien wij dit gevoel maar mogen hebben dat de Heere ons gezocht heeft, en dat hij ons draagt na de rijkdom zijner Goedertierenheid, wat zal ons dan ontbreken. Die beker is het nieuwe Testament, dit toonde Krumm. [Krummacher] (Gute Botschaft) deze morgen mij heerlijk. Eenvoudigheid dat gevoel ik is het toch, en als wij op den Heer mogen zien, en alles als waarachtig aannemen, dan worden wij gevoed zelfs al is het maar door de kruimkens die er vallen, en wij worden niet ontrust door dat heirleger van questien, dien vraag wie aanzitten mag &C. Vele ijdele woorden worden er ook door de Leeraars op die dagen verkwist, en door al dat gepraat, verliest de