Instellingen en personen

 
English | Nederlands

Instelling

ALGEMEEN
Naam Koninklijk Nationaal Steuncomité
naam, varianten KNS
K.N.S.
periode van bestaan 1914 - 1926
organisatie en inrichting het comité werd op 10 augustus 1914 opgericht op initiatief van de koningin door vertegenwoordigers van de vier grote, toen bestaande vakcentrales van werknemers (Ned. Verbond van Vakverenigingen, RK Vakbureau, Christelijk Nationaal Vakverbond en Ned. Verbond van Neutrale Vakverenigingen), de Nationale Werkloosheidsraad, de Nationale Vrouwenraad, de Maatschappij van Nijverheid, organisaties uit de land- en tuinbouw, de Algemene Armencommissie en enkele eerder na het uitbreken van de oorlog gevormde plaatselijke comités
de eerste jaren vergaderde het zeer frequent
voorzitter was minister M.W.F. Treub, secretaris ir. H.A. van IJsselsteijn, directeur-generaal van de Arbeid

de leiding van het KNS was in handen van een commissie van uitvoering
deze bestond bij de oprichting uit:
mr. M.W.F. Treub, minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, voorzitter
prof. I.P. de Vooys, voorzitter Werkloosheidsraad, vice-voorzitter
jhr. mr. W.Th.C. van Doorn, voorzitter Ned. Tuinbouwraad, penningmeester
mevr. Van Biema-Hijmans, presidente Nationale Voogdijraad
J.R. Snoeck Henkemans, lid Algemene Armencommissie
mr. J.T. Linthorst Homan, voorzitter Ned. Landbouw-Comité
prof. dr. W.N. Nolens, lid Werkloosheidsraad
J. Oudegeest, lid Werkloosheidsraad
A.S. Talma, lid Werkloosheidsraad

uit het KNS ontstonden tijdens de oorlog de Nijverheidscommissie onder voorzitterschap van prof. I.P. de Vooys en de Commissie voor de Voeding van Mens en Dier
het feitelijke werk werd overgelaten aan gemeentebesturen en plaatselijke instellingen
het landelijk comité stond deze met raad en daad bij
in de plaatselijke steuncomites zaten vaak vertegenwoordigers van lokale vakbonden
Treub (Herinneringen en overpeinzingen, p. 309-311) schreef over het KNS: ?Het heeft in de eerste jaren zeer gewichtige diensten bewezen en in hooge mate meegeholpen om het economisch leven op gang te houden?
tot opheffing van het landelijk comité werd door de Ministerraad besloten op 2 april 1919, maar de liquidatie werd pas in 1926 voltooid.
taak, activiteiten de grondgedachte van het comité was ?den band te vormen tusschen de groote nationale organisaties en de plaatselijke comités?
de belangrijkste doelstelling was directe ondersteuning van hen die meestal als gevolg van de mobilisatie of werkloosheid in nood kwamen te verkeren
de plaatselijke comités gaven uitkeringen in geld of natura en bonnen
  werkverschaffing was een andere activiteit
voorloper
geen
opvolger
literatuur (NCC) Overzicht van de werkzaamheden van het Koninklijk Nationaal Steuncomité van zijn oprichting (10 Aug. 1914) af tot 10 Dec. 1914
's-Gravenhage, 1914. 22 p.

Voornaamste bescheiden door het comité uitgegeven tot en met ... Koninklijk Nationaal Steuncomité 1914
nr. 1 (8  oktober 1914) - nr. 14 (1922/26)
's Gravenhage, [1914]-1926
[Titel varieert
vanaf nr. 7 (1915): Voornaamste bescheiden door het comité uitgegeven ..., benevens uitvoerige mededeelingen omtrent de door het Koninklijk Nationaal Steuncomité verleende ondersteuningen . Nr. 14 (1926) onder de titel: Overzicht van de werkzaamheden van het Kon. Nat. Steuncomité van 1 januari 1922 af tot zijn opheffing (Mei 1926). ]

Handleiding voor gemeentebesturen bij de uitvoering van het werkloosheidsbesluit 1917, tevens bevattende de werkloosheidsverzekeringsnoodwet 1919 en eenige andere maatregelen, getroffen in verband met de liquidatie van het Koninklijk Nationaal Steuncomité, met een toelichting en de ter uitvoering daarvan verschenen circulaires
's-Gravenhage, 1919, 2 de vermeerderde druk. 108 p.
[Uitgaven van den dienst der werkloosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling, nr. 12]

Inleiding en beraadslaging over het onderwerp: Armenzorg en Steuncomité's, verschil en overeenkomst, gehouden in de bestuurvergaderingen van 30 Januari en 20 Februari 1915
Haarlem, 1915. 75 p.
[Geschriften van de Nederlandsche Vereeniging voor Armenzorg en Weldadigheid, 16]

Everts, J.
“De liquidatie van de Steuncomites”, in:
Tijdschrift voor Armenzorg en Kinderbescherming , 20 (1919), p. 159-161

Redactie
“Samenwerking bij hulpverleening in oorlogstijd”, in:
Tijdschrift voor Armenzorg en Kinderbescherming , 15 (1914),
p. 257-259, 265-267 [oprichting van het Koninklijk Nationaal Steuncomité]
p. 273-274 [oproep en samenstelling van de commissie van uitvoering]
p. 298 [samenstelling, doel en werkwijze]
p. 313-314 [instelling subcommissie]

Treub, M.W.F.
Oorlogstijd. Herinneringen en indrukken
(Haarlem/Amsterdam, 1916), p. 115-145
[met tekst van de brief van minister Treub aan de koningin van 8 augustus 1914, idem van de toespraken van de koningin en minister Treub op 10 augustus 1914]

Zaalberg, C.J.P., en W.F. Detiger en Meyer de Vries
“Het Koninklijk Nationaal Steuncomité en de werkloosheid”, in:
Tijdschrift van de Nederlandsche Vereeniging tegen de Werkloosheid? , 5 (1917), p. 643-659.
typering
zuil
doelgroepen
ARCHIEF
periode archief 1914 - 1925
vindplaats Nationaal Archief, Den Haag
openbaarheid volledig
omvang; inventarisnummers onbekend
37 inv. nrs.
informatiedrager papier
vernietigd een groot deel van het archief is vernietigd
de inventaris geeft op p. 49 een omschrijving van de vernietigde stukken.
toegang(en) Inventaris van archieven van crisisinstellingen in verband met de Eerste Wereldoorlog over de periode 1914-1926 door E. Schreuder
met historische en archivistische inleiding (p. 19-49)
kenmerk toegang 2.06.079
indices op toegang index op namen van crisisinstellingen met verwijzing naar inv. nr
index op trefwoorden.
originele archivalia van archiefvormer in andere archieven in het archief van mr. dr. H.H.A. van Gybland Oosterhoff (Nationaal Archief, nr. van de toegang 2.21.079
niet opgenomen in deze gids, omdat het verder geen stukken over het onderwerp bevat) bevindt zich een ander exemplaar van:
“Voornaamste bescheiden” uitgegeven door het Comité
Van Gybland Oosterhoff was adjunct-secretaris van dit comité en secretaris van de subcommissie van advies voor door liefdadige stichtingen aan te vragen ondersteuning van dit comité, 1914-1926. Gedrukt (inv. nr. 69)

in het archief van P.J.M. Aalberse : dossier, 1920-1925 (inv. nr. 1198)
 
originele archivalia van andere archiefvormers in dit archief; gedeponeerde archieven geen
opmerkingen in 1939 schonken de erfgenamen van de vroegere adjunct-secretaris van het comité, H.H.A. van Gybland Oosterhoff, een deel van het onder hen berustende archief aan het Nationaal Archief
daar werden later nog stukken aan toegevoegd die zijn aangetroffen in het archief van de Arbeidsinspectie
door het Nationaal Archief is het archief ondergebracht in de bundelinventaris ‘Crisisinstellingen 1914-1926’
INHOUD
structuur archief de oorspronkelijke structuur is niet bekend
structuur toegang 1.  niet naar onderwerp ingedeelde stukken
2.  naar onderwerp ingedeelde stukken
bijlagen bij de toegang geen
statistische gegevens geen
inhoud overig statuten, 1917 (inv. nr. 624)
liquidatie, 1925-1926 (inv. nr. 625)
“Voornaamste bescheiden” uitgegeven door het Comité , 1914-1926 (inv. nr. 69)
onderzoek naar de voorraden levensmiddelen op het einde van 1914, 1914 (inv. nr. 628)
steunverlening aan gedemobiliseerden, 1916-1918 (inv. nr. 629)
werkwijze Algemeen Steun-Comité Amsterdam, 1914 (inv. nr. 631)
staten van ondersteunde crisiswerklozen, 1919 (inv. nr. 635)
? Leidraad van de besturen van het Koninklijk Nationaal Steuncomité, de Nationale Vereeniging tot Steun aan Miliciens, de Regeeringscommissie inzake Middenstandscrediet en de Vereeniging van Nederlandsche Arbeidsbeurzen …” in verband met de zorg voor gedemobiliseerden die werkloos zijn geworden, z.j.. Gedrukt (inv. nr. 636).
verwijzingen naar wetten, maatregelen en/of de uitvoering daarvan Armenwet (1912)
Noodregeling Treub (1914)
Werkloosheidsbesluit (1917).
verwijzing naar andere archiefvormers
de archieven van plaatselijke Steuncomités zijn veelal nog aanwezig in de regionale historische centra en de gemeente- en streekarchieven
geografische verwijzingen Nederland
internationaal het comité hield zich ook bezig met Nederlanders die in het buitenland verbleven en daar in financiële moeilijkheden waren gekomen
opmerkingen in de Ned. Staatscourant van 1914 en volgende jaren zijn lijsten afgedrukt van bijdragen aan het comité, vermeldende de gever (een persoon of een organisatie) en het bedrag
zie bijv. de Staatscourant van 1914 de nrs. 209, 214, 219, 225, 233, 237, 244, 250, 256, 261, 264, 267, 274, 280, 286, 293, 298 en 305