Instelling
ALGEMEEN | |
---|---|
Naam | Raad van Arbeid in Den Haag |
naam, varianten | Raad van Arbeid in ‘s-Gravenhage |
periode van bestaan | 1919 - 1967 |
organisatie en inrichting |
de Raad van Arbeid in Den Haag werd in 1919 opgericht en bleef tot
een het einde in 1988 bestaan
het idee van raden van arbeid is bedacht door ds. Talma, minister van Landbouw, Nijverheid en Handel (1908-1913), maar gaat terug op een al rond 1890 door Kuyper voorgestaan idee van ‘kamers van arbeid’ hierin zouden werkgevers en werknemers overleg voeren over arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden tegenover het conflictmodel (stakingen) stelden Kuyper en de confessionele partijen een overlegmodel minister Talma (ARP) zag de raden als een orgaan bestaande uit vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers dat het gehele veld van de arbeid zou moeten gaan regelen aanvankelijk wilde hij de raden derhalve ook verordenende bevoegdheden geven na enkele wijzigingen, waardoor de verordenende taak verviel, werd de Radenwet in 1912 aangenomen pas in 1919 konden de raden feitelijk met hun werkzaamheden beginnen tot na de Tweede Wereldoorlog bleven de Raden een voorwerp van kritiek van diverse zijden, vooral omdat zij te bureaucratisch en te duur zouden zijn tegenover de Rijksverzekeringsbank en de Raden van Arbeid stond het ‘zelf-doen’ van de bedrijfsverenigingen en de Centrale Werkgevers Risico-Bank, die hun administraties voor een groot deel in beheer gaven aan Centraal Beheer in 1967 hadden de 22 Raden van Arbeid ca. 3.500 personen in dienst Geografisch: aanvankelijk waren er 39 raden, tussen 1919 en 1935 liep dit aantal al langzaam terug opgeheven werden in deze periode: Heerlen, Zeist, Zaandam, Zutphen, Roosendaal, Hoorn, Delft en Gouda na de reorganisatie van 1934 bleven er 25 raden over in 1956 en in 1967 waren er nog 22 raden in 1919 werden er raden opgericht te: Hoorn Alkmaar Haarlem Amsterdam Zaandam Utrecht Zeist Amersfoort Gouda Leiden Delft Den Haag Rotterdam Dordrecht Brielle Goes Middelburg Leeuwarden Sneek Heerenveen Groningen Winschoten Assen Zwolle Deventer Hengelo Apeldoorn Arnhem Zutphen Tiel Nijmegen ’s-Hertogenbosch Roosendaal Breda Tilburg Eindhoven Venlo Heerlen Maastricht Na de reorganisatie van 1934 (in werking op 1 januari 1935) bleven de volgende raden over: Alkmaar Haarlem Amsterdam Utrecht Amersfoort Leiden Den Haag Rotterdam Dordrecht Goes Middelburg Leeuwarden Groningen Winschoten Assen Hengelo Apeldoorn Arnhem Zwolle Nijmegen ’s-Hertogenbosch Breda Eindhoven Venlo Maastricht Opgeheven werden in 1935 de raden in: Brielle, Deventer, Tiel en Tilburg In 1956 waren Raden gevestigd in: Groningen Leeuwarden Assen Zwolle Hengelo Arnhem Nijmegen Utrecht Amersfoort Amsterdam Alkmaar Haarlem Leiden Den Haag Rotterdam Dordrecht Middelburg Breda ’s-Hertogenbosch Eindhoven Venlo Maastricht Het ressort van de Raad in Den Haag omvatte in 1919 de gemeenten: Den Haag, Loosduinen, Rijswijk, Voorburg en Wassenaar. Samenstelling hoewel het de bedoeling was dat voorzitter en leden gekozen zouden worden, werden zij vanaf het begin door de minister benoemd in de periode 1919-1934 hadden de raden een ledenvergadering en een bestuur, in 1934 verdween de ledenvergadering en bleef alleen het bestuur over dit bestond uit twee werkgevers- en twee werknemersleden en een onpartijdige voorzitter binnen de raden verschoof het accent al spoedig van de raden zelf naar het bestuur ervan en daarbinnen naar de voorzitters deze waren bezoldigd en ontwikkelden zich tot deskundigen die veel over het onderwerp publiceerden in 1967 bestonden de raden uit drie werkgevers- en drie werknemersleden met een door de Kroon benoemde voorzitter die als directeur optreedt van het bureau Toezicht aanvankelijk stonden de raden onder toezicht van de twee Verzekeringsraden (in 1923 samengevoegd tot één Verzekeringsraad) met de Organisatiewet van 1934 werd de Verzekeringsraad opgeheven en kwamen de raden onder toezicht te staan van het Bestuur van de Rijksverzekeringsbank op den duur ontwikkelde dit zich tot een leidende rol voor de bank, terwijl de Raden het karakter kregen van perifere uitvoeringsorganen personeelssterkte van de Raad van Arbeid in Den Haag 1920: 120 personen 1932: 132 1933: 155 (na opheffing van de Raad in Delft) 1958: 192 1962: 184 1963: 238 1967: 156 voorzitters voorzitters van de Raad van Arbeid in Den Haag waren: dr. E.B.B.F. baron Wittert van Hoogland, 1919-15 maart 1944 M.J. Harts, 8 mei 1945-1949 A. Mastenbroek 1949-1957 mr. G.A.A.M. Boot 1957-1979. |
taak, activiteiten |
in 1919 werden zij belast met de uitvoering van de Invaliditeitswet
(1913)
later volgden de Ouderdomswet (1919), de Ongevallenwet (1921), de Ziektewet (1929) en de Kinderbijslagwet (1939) in 1923 werd een deel van de werkzaamheden rond de Ongevallenwet van de Rijksverzekeringsbank gedelegeerd naar de raden verscheidene van deze wetten voerden de Raden van Arbeid uit in concurrentie met de bedrijfsverenigingen vanaf 1952 (Organisatiewet Sociale Verzekeringen) voerden de Raden gedurende de rest van de onderzoeksperiode in principe de volksverzekeringen uit, maar in de praktijk werd hiervan enigszins afgeweken in 1967 hadden de Raden de volgende wetten in beheer: Algemene Ouderdomswet (1956), Algemene Weduwen- en Wezenwet (1959), de Algemene Kinderbijslagwet (1962), Ouderdomswet (1919) en de Kinderbijslagwet voor Loontrekkenden (1939) de invaliditeits- en ongevallenwetten waren toen in liquidatie de bedrijfsverenigingen voerden in 1967 uit: Ziektewet (1929), Werkloosheidswet (1949) en de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (1966). |
voorloper |
geen
|
opvolger |
niet van toepassing; in 1988 werden de Raden opgeheven en ging hun
taak over naar de Sociale Verzekeringsbank; de nog openstaande dossiers
van de Raad van Arbeid in Den Haag werden later overgedragen naar het
districtskantoor van de Sociale Verzekeringsbank in Leiden, alwaar zij
conform de bestaande de richtlijnen ca. 1997 zijn vernietigd
|
literatuur (NCC) |
algemeen - wetgeving
Wet op de Rijksverzekeringsbank en de Raden van Arbeid, S.1933, nr. 598. Wet van den 17den november 1933, tot organisatie van de openbare organen, belast met de uitvoering van de sociale verzekering, bewerkt door L. Leijdesdorff Zwolle, 1934. 86 p. [Nederlandse Staatswetten, editie Schuurman & Jordens, 87] Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid. Wet van 17 november 1933, Stb. 598, tot organisatie van de openbare organen, belast met de uitvoering van de sociale verzekering, zoals die wet sindsdien is gewijzigd, met uitvoeringsbesluiten?, bijgew. tot 1 maart 1982, bew. door R. ten Wolde Zwolle, 7 de druk, 1982. 111 p. [Nederlandse staatswetten, editie Schuurman & Jordens, 87] algemeen - verslaglegging Verslag van de werkzaamheden der Raden van Arbeid over het jaar ? [1919/20 - 1955] 's-Gravenhage, 1922-1957 [Samengegaan met: Verslag omtrent den staat der Rijksverzekeringsbank en haar werkzaamheden in het jaar ? , en voortgezet als: Verslag over het jaar ?, Sociale Verzekeringsbank, Raden van Arbeid ] Verslag over het jaar ? [1956-1985]?, Sociale Verzekeringsbank, Raden van Arbeid Amsterdam [SVB], 1957-1986 algemeen - periodieken Mededeelingen van den Raad van Arbeid, uitgaande van de Raden van Arbeid te Breda, Eindhoven, 's-Hertogenbosch, Maastricht en Venlo 1941/42-1949 [Titel varieert.Voortgezet als: Documentatie-orgaan van de Vereeniging van Raden van Arbeid ] algemeen - literatuur Bossenbroek, H. jr. De administratie van de Rijksverzekeringsbank en de Raden van Arbeid Maastricht, 1941 Breen, H. van ”Overbrenging van werkzaamheden Ongevallenwet 1921 naar de Raden van Arbeid (Art. 111 O.W. 1921)”, in: Sociale Voorzorg , 4 (1922), p. 47-54 Buis, IJ. Kzn., "De mechanisatie van de administratie van de Raden van Arbeid", in: De Sociale Verzekeringsgids , 1942, p. 2-8 Buning, E.J. “Eenheid en eenvoud bij het sociaal geneeskundig hygiënisch toezicht”, in: Sociale Voorzorg , 4 (1922), p. 87-103 [over de organisatie van medische diensten] Eden, P.H. van “Decentralisatie der Ongevallenwet, van geneeskundige zijde beschouwd”, in: Sociale Voorzorg , 4 (1922), p. 54-73 [schrijver is medisch adviseur van de Ongevallenwet pleidooi voor een centraal geleid corps van controlerend geneeskundigen met teksten van brieven van deskundigen in Nederland en Duitsland] Emmen Riedel, W.H. “Over de “Autonomie” der Raden van Arbeid”, in: Vragen des Tijds , 1920/21, II, p. 426-449 [pleidooi voor reorganisatie van de hele arbeidswetgeving Gaay Fortman, W.F. de “Overpeinzingen bij het veertigjarig bestaan van de Raad van Arbeid te ’s-Gravenhage”, in: Sociaal Maandblad Arbeid , 15 (1960), p. 177-183 Geursen, S.J. “Een overzicht betreffende de Raden van Arbeid”, in: Sociale Voorzorg , 4 (1922), p. 681-684 [vergelijkend onderzoek van de personeelssterkte bij 31 raden] G. [= ?] “Is een medisch-adviseur aan een Raad van Arbeid gewenscht ?”, in: Sociale Voorzorg , 4 (1922), p. 122-124 Goslinga, T.S. “Raden van Arbeid of bijkantoren der Rijksverzekeringsbank”, in: Sociale Voorzorg , 6 (1924), p. 409-420 Havander [pseudoniem] “De Raden van Arbeid en hun taak”, in: Katholiek Sociaal Weekblad , 27 (1928),p. 129-131 Havander [pseudoniem] “Het einde der Raden van Arbeid ?”, in: Katholiek Sociaal Weekblad , 27 (1928), p. 498-500 Koch, C.J. “Dure ambtenaren of lood om oud ijzer”, in: Katholiek Sociaal Weekblad , 20 (1921), p. 38 [kritiek op de kosten van de raden] Laan, J.Th. van der “De Raden van Arbeid”, in: Katholiek Sociaal Weekblad , 26 (1927), p. 165-167 Loef, C.M. Wat iedereen beslist weten moet van de raden van arbeid Dordrecht, 1919 J.M. [= Mannoury, J.] “Deze maand”, in: Sociaal Maandblad Arbeid , 14 (1959), p. 323-325 [commentaar bij het veertigjarig bestaan van de Raden van Arbeid] Menselijke verhoudingen bij de uitvoering van de sociale verzekering door Raden van Arbeid Amsterdam [Vereeniging van Raden van Arbeid], 100 p. [rapport van een commissie voorzitter G.A.A.M. Boot] Michielsen, A.B. “Ziektewet en Raden van Arbeid”, in: Katholiek Sociaal Weekblad , 28 (1929), p. 242-243 Rhijn, A.A. van “Veertig jaren Raden van Arbeid en Invaliditeitswet”, in: Sociaal Maandblad Arbeid , 14 (1959), p. 790-799 [tekst van een rede uitgesproken bij gelegenheid van het jubileum van de Raad van Arbeid in Utrecht over de uitvoering van de nieuwe invaliditeitswet (= WAO) en de medische dienst dit zou de GMD worden] Rhijn, A.A. van “50 jaren uitvoeringsorganen der sociale verzekering”, in: Sociaal Maandblad Arbeid , 25(1970), p. 14-26 [geschiedenis in kort bestek van de bedrijfsverenigingen, bedrijfsraden, het GAK en de organisatiewetten sociale verzekering] Snoeck Henkemans, D. “Over den geneeskundigen dienst der Raden van Arbeid”, in: Sociale Voorzorg , 2 (1920), p. 383-397 Trooyen, G.P. van “Decentralisatie van den geneeskundigen dienst der Rijksverzekeringsbank”, in: Sociale Voorzorg , 4 (1922), p. 262-268 Verschuur, T.J., P.J.M. Aalberse en J.R. Slotemaker de Bruine Tien jaren Raden van Arbeid Haarlem, 1930. 707 p. [met onder meer bijdragen van: mej. G. Stemberg, De organisatie der sociale verzekering I.G. Keesing, Toepassing van art. 99 der Invaliditeitswet W.H.M. Werker, Het toezicht op de sociale verzekering D. Brocx, De medicus en de sociale verzekering] Wittert van Hoogland, E.B.F.F. De verhouding tusschen het bestuur van de Rijksverzekeringsbank en de Raden van Arbeid na het in werking treden van de Wet op de Rijksverzekeringsbank en de Raden van Arbeid op 1 maart 1934. Rede uitgesproken door op 1 maart 1934 in de Algemeene vergadering van de Vereeniging van Raden van Arbeid Haarlem, 1934. 39 p. Themanummer Sociaal Maandblad Arbeid over 50 jaar Raden van Arbeid met bijdragen van: A.W. Rengelink, A.A. van Rhijn, G.M.J. Veldkamp en Edith Claeys-Leboucq (arbeidsgerechten in België) Wat gaat er om bij de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid? Amsterdam, 1965. 31 p. NN “De vaststelling der premiën voor de Ziektewet door de Raden van Arbeid”, in: De Nederlandsche Werkgever , 9 (1931), p. 277-278 . over de Raad van Arbeid in Den Haag NN z.pl. [1959]. 35 p. NN z.pl., [1979]. 43 p. |
typering | |
zuil | |
doelgroepen | |
ARCHIEF | |
periode archief | 1919 - 1967 |
vindplaats |
Hoofdkantoor Sociale Verzekeringsbank, Amstelveen
|
openbaarheid |
niet openbaar
geïnteresseerden kunnen het beste contact opnemen met de beheerderr |
omvang; inventarisnummers |
0,5 meter
|
informatiedrager |
onbekend
|
vernietigd |
dit archief moet nog worden bewerkt volgens de selectielijst
handelingen van de minister van Sociale Zaken c.a., het CTSV en
rechtsvoorgangers en andere onder de minister vallende actoren, zoals
deze is vastgesteld op 18 februari 2002 en is afgedrukt in de
Staatscouranten van 6, 7 en 8 mei 2002, nrs. 85, 86 en 87
in deze lijst zijn de handelingen van de Raden van Arbeid nog niet gewaardeerd de bewerking zal vermoedelijk eind 2004/begin 2005 zijn voltooid, waarna het archief zal worden overgebracht naar een openbare archiefbewaarplaats. |
toegang(en) |
geen
|
kenmerk toegang |
niet van toepassing
|
indices op toegang |
niet van toepassing
|
originele archivalia van archiefvormer in andere archieven |
onbekend
|
originele archivalia van andere archiefvormers in dit archief; gedeponeerde archieven |
onbekend
|
opmerkingen |
geen
|
INHOUD | |
structuur archief |
onbekend
|
structuur toegang |
niet van toepassing
|
bijlagen bij de toegang |
niet van toepassing
|
statistische gegevens |
onbekend
|
inhoud overig |
map met diverse stukken onder andere voorschriften en over de
oorlogsperiode 1940-1945
NB: de circulaires van voorzitter Wittert van Hoogland laten goed uitkomen welke opvatting deze van zijn functie had. |
verwijzingen naar wetten, maatregelen en/of de uitvoering daarvan |
Ongevallenwet (1901)
Beroepswet (1902) Radenwet (1913) Ziektewet (1913/1929) Invaliditeitswet (1913/1919) Ouderdomswet (1919) Ongevallenwet (1921) Organisatiewet Sociale Verzekering (1933) Kinderbijslagwet (1939) Kinderbijslagwet voor rentetrekkers (1948) Wet op de Bedrijfsorganisatie (1950) Noodwet Kinderbijslag Kleine Zelfstandigen (1951) Organisatiewet Sociale Verzekering (1952) Beroepswet (1955) Algemene Ouderdomswet (1957) Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (1956) Algemene Weduwen- en Wezenwet (1959) Algemene Kinderbijslagwet (1962) Interimwet Invaliditeitsrentetrekkers (1962) Algemene Bijstandswet (1963) Wet Werkloosheidsvoorziening (1964) Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering (1966) interne organisatie: het voornaamste uitvoeringsbesluit is: KB van 28 februari 1919 (Staatsblad 54) (indeling in ressorten) de Radenwet werd vele malen gewijzigd, wij noemen hier slechts: Wijziging Radenwet (1923 ) (Staatsblad 187) (samenvoeging twee Verzekeringsraden tot een met als standplaats Den Haag) de Radenwet verviel bij het van kracht worden van: Wet tot organisatie van de openbare organen, belast met de uitvoering van de sociale verzekering (1933) deze wet maakte weer plaats voor: Wet op de Sociale Verzekeringsbank en de Raden van Arbeid (1956). enkele andere belangrijke uitvoeringsbesluiten zijn: KB van 21 februari 1933 (Staatsblad 54) KB’s van 2 en 22 juni 1934 (Staatsbladen 301 en 327). |
verwijzing naar andere archiefvormers |
NB: hierin notulen besprekingen gevoerd tussen de directie van de
Sociale Verzekeringsbank en het bestuur van de Vereniging van Raden van
Arbeid
|
geografische verwijzingen |
Den Haag en omgeving
als gevolg van de opheffing van de Raad in Delft werd het ressort vergroot. |
internationaal |
zie format 'Raad van Arbeid Algemeen'
|
opmerkingen |
geen
|