Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Maatschappij tot werkverschaffing aan den spaarzamen ambachtsman

Naam Maatschappij tot werkverschaffing aan den spaarzamen ambachtsman
Plaats Amsterdam
Provincie Noord-Holland
Begindatum 1 december 1845 (oprichting)
Einddatum 1895 (laatste vermelding)
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Ambachtslieden, Werklozen
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

'Den stoffelijken toestand der arbeidende klasse' te verbeteren door het verschaffen van werk aan den ambachtsman gedurende het winterseizoen.

Activiteit

'niet minder dan 85 huisvaders', verwers, stucadoors, metselaars en opperlieden etc. worden door de maatschappij in staat gesteld 'het noodige onderhoud voor zich en hunne gezinnen te verdienen' door in de winter in de werkplaats werkzaam te zijn als mattenvlechters, karpet- en ijzerdraadvlechters, kartonwerkers enz.

Oprichters

Initiatiefnemer was A. de Roever Dz.

Bestuursleden

Bij oprichting bestond het bestuur uit de commissarissen mr. J.H. Burlage, S. Cool, G.L. Wurfbain, J.H. Lugt, P. Reurop, J.J.M. Lamaison en J.J. Boldoot;

Tevens uit de directeuren A. de Roever Dz., A. Helmig van der Vegt en C.C. Verweijde. (Calisch)

Eigen gebouw (adres)

Vijf jaar na de oprichting van de Maatschappij 'werd een lokaal tot werkinrichting in gereedheid gebracht, waarin o.a. van Nov. 1850 - Maart 1851 allerlei werkzaamheden werden verricht (....).' (Methorst)

De werkplaats van de maatschappij bevond zich op de Passeerdergracht, Walenhoek en was sinds 1850 ingericht; het administratiekantoor op de Oude-Zijds Voorburgwal tegenover het stadhuis op nr. 237. (Calisch)

Verantwoording gegevens

N.S. Calisch, Liefdadigheid te Amsterdam Overzicht van al hetgeen er in Amsterdam wordt verrigt, ter bevordering van de stoffelijke, zedelijke en godsdienstige belangen, voornamelijk der minvermogenden en behoeftigen (Amsterdam 1851) 346-348. Uit echte bronnen bijeengebracht door [NSC]

ad laatste vermelding:

Methorst vermeldt deze vereniging in zijn dissertatie: 

Werkinrichtingen voor behoeftigen (Utrecht 1895) 272-273.

Opmerkingen

ad oprichters:

De eerste bestuursleden waren waarschijnlijk ook de oprichters.

ad activiteit:

De in de werkplaats vervaardigde goederen werden jaarlijks verloot tegen f. 2 het lot (en om daardoor de bestaande neringen niet te benadeelen, is het hoofddoel, zooveel mogelijk zoodanige voorwerpen te doen vervaardigen, die meestal van buiten 's lands worden ingevoerd). (Calisch)

inkomsten:

'De bronnen van bestaan dezer maatschappij zijn: aandelen van f. 6,50 's jaars als gift van de vermogenden en welgezinden; de opbrengst der verlotingen en de penningen die de ambachtslieden zelven inbrengen, zijnde 12,5 cent elke week gedurende acht maanden, om gedurende de wintermaanden 80 cent daags te kunnen verdienen'. (T.a.p)