Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

'Den werkman, die tijdelijk en buiten zijn schuld zonder werk is te helpen'

'Uitsluitend gedurende den winter aan werkloozen die van elders geen ondersteuning genieten.'

'hun worden bons voor levensmiddelen en brandstoffen verstrekt ter waarde van ten hoogste f 2.50 per week. Er wordt onderstand verleend zonder onderscheid van godsdienstige gezindte. Het onderzoek wordt door een bezoldigd persoon ingesteld; de beslissing berust bij het bestuur.'

(in 1895) met de Vereeniging tot verbetering van Armenzorg te Rotterdam.

ad oprichtingsdatum, levenbeschouwing en relaties:

mr. Ph. Falkenburg, Armenzorg in Nederland deel II: Gemeente Rotterdam (Amsterdam 1896) 279. (In opdracht der Vereeniging voor staathuishoudkunde en de statistiek bewerkt door Ph.F.)

ad doelstelling en activiteit:

J.F.L. Blankenberg, H.J. de Dompierre de Chaufepié en H. Smissaert, Gids der Nederlandsche Weldadigheid (Amsterdam 1899) 382.

ad laatste vermelding:

Ontleend aan een door de gemeente Rotterdam in 1917 opgestelde 'Lijst van instellingen van weldadigheid te Rotterdam, die aan den armenraad voor den nieuwen termijn van 4 jaren deelnemen'; in: Nationaal Archief, archief ministerie van Binnenlandse Zaken, afdeling Volksgezondheid en Armwezen 1910-1918, toegangsnummer 2.04.54, inv. nr. 90.

ad begindatum:

'in den strenge winter van 1890/91' (Falkenburg)

ad levensbeschouwing:

protestants (hervormd)

In de winter van 1895 werkte de 'Kralingsche vereeniging' met de Rotterdamsche vereeniging tot verbetering van Armenzorg samen, maar dat was volgens Falkenburg (in 1896) niet langer het geval.