Vereeniging tot verbetering van Armenzorg
Naam | Vereeniging tot verbetering van Armenzorg |
Plaats | Rotterdam |
Provincie | Zuid-Holland |
Begindatum | 1877 (oprichting) |
Einddatum | 1928 (laatste vermelding) |
Levensbeschouwing | neutraal |
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
|
Armen algemeen |
Leden (uitleg)
De groep waaruit de leden afkomstig zijn
|
Mannen en vrouwen |
Werkingsgebied | Lokaal |
Doelstelling | 1. gezonde begrippen omtrent armenzorg te verspreiden; 2. particuliere armenzorg zooveel mogelijk te centraliseeren, en, een bureau voor algemeenen onderstand te vormen, ten einde op afdoende wijze aan behoeftigen hulp te verschaffen; 3. bedelarij en misleiding tegen te gaan; 4. instellingen tot voorkoming van armoede te steunen of op te richten. |
Activiteit | 'Iedere behoeftige die zich aanmeldt, wordt in het aanmeldingsboek ingeschreven, met vermelding van de woonplaats en van de verschillende bijzonderheden, die voor het instellen van een onderzoek dienstig kunnen zijn. Het onderzoek zelf geschiedt door bezoldigde personen. Vrijwillige krachten oordeelt de vereeniging op den duur niet toereikend om het vlug en goed te bewerkstelligen (...). De armbezoekers bepalen zich in hun rapport tot mededeling van feiten. De Onderstands-Commissie, die tweemaal in de week zitting houdt, beslist welke aanvragen moeten worden onderzocht en welke bij eerste oogopslag of na raadpleging van het armenstamboek moeten worden afgewezen. In eene volgende zitting - of in spoedeischende gevallen tusschentijds - wordt de onderstand vastgesteld en het toezicht op het gezin opgedragen aan een der leden van de Vereeniging (den vrijwillige armbezoeker), die tenminste eenmaal in de maand rapport uitbrengt.' De Onderstands-Commissie was het hoofdorgaan van de vereniging. Zij bestond uit slechts vier leden en was permanent (om ervaring te kunnen opbouwen en vasthouden). 'De taak van de Onderstands-Commissie is scherp gescheiden van die der vrijwillige armbezoekers (...) om de volgende reden. De commissie moet zich niet laten leiden door indrukken bij persoonlijk bezoek verkregen. Aan de andere kant moet de bezoeker zich van geven onthouden. Hij moet uitsluitend vriend en raadsman blijven van het hem toevertrouwde gezin.' 'De ondersteuning bestaat in uitdeelingen in geld, giften in eens en tijdelijke bedeeling (maar nooit voor langen duur). Uitdeelingen in brandstoffen, levensmiddelen en ligging en dekking vormen uitzonderingen, bij ziekte soms versterkende middelen. Rentelooze voorschotten (...), bij voorkomende gevallen verpleging van kinderen en oude lieden; (...) werkcommissie.' (Blankenberg) |
Werkt samen met | het Bureau voor Informatie naar behoeftigen te Rotterdam. |
Werkt samen met | (in elk geval in 1895) met de Vereeniging "Kralingsche Armenzorg", opgericht in 1890. |
Bestuursleden | voorzitter: G. Hintzen in 1893, 1894, 1900; onder-voorzitter: mr. M. Mees in 1893, 1894; secretaris: Joh. F. Snelleman in 1893, 1894, mr. M.C. Nijland in 1900. overige bestuursleden: in 1893: F. Ketner, J. Knegtmans, L. Sanson, mr. J. Nolst Trenité; in 1894: idem, W. Wijt; in 1900: mevr. C. Hoyer, F. Ketner, J. Knegtmans, mr. W.A. Mees, mr. J. Nolst Trenité. |
Vergaderplaats | Kantoor: Oppert 61 |
Koninklijk Besluit | 5 januari 1878 nr. 4 en 20 februari 1882 nr. 18 |
Staatscourant | 24 januari 1878; 7 april 1882 |
Goossens van Eyndhove nr. (uitleg)
Het nummer waaronder de vereniging is opgenomen in: A.E.G. Goossens van Eyndhove, De vereenigingen erkend krachtens de wet van 22 april 1855 (Stbl. 32) (Den Haag 1891). Dit repertorium bevat alle verenigingen die tussen 1855 en 1890 erkenning hadden gekregen krachtens de Wet op de Vereniging van 1855. Goossens van Eyndhove stelde het repertorium samen op basis van de Staatscourant, waarin de statuten van alle erkende verenigingen gepubliceerd werden. Hij nam daaruit op: de naam van de vereniging, de plaats van vestiging, de doelstelling, de datum en het nummer van het Koninklijk Besluit en de datum van de Staatscourant waarin de statuten afgedrukt stonden.
|
2598 |
Verantwoording gegevens | Ph. van Falkenburg, Armenzorg in Nederland II, gemeente Rotterdam (Amsterdam 1896) 177-188. (in opdracht der Vereeniging voor staatshuishoudkunde en statistiek bewerkt door Ph.F.) Falkenburg vermeldt als zijn bronnen o.m. 'Statuten. Reglement. Reglement voor de heeren armbezoekers. Reglement voor de vrijwillige armbezoekers en bezoeksters. Verslagen over de jaren 1885-1894. Tabellen voor het Rijksverslag omtrent het armwezen.' ad bestuursleden en vergaderplaats: (Hof-,) Rijks- en residentiealmanak voor Nederland/Het Koninkrijk der Nederlanden en zijne koloniën, 1893, 1894, 1900. J.F.L. Blankenberg, H.J. de Dompierre de Chaufepié en H. Smissaert, Gids der Nederlandsche Weldadigheid (Amsterdam 1899) 379-380. H.J. Dompièrre de Chaufepié, H. Smissaert en J.F.L. Blankenberg (reds.), Tijdschrift voor Armenzorg, 1e jrg. (1900) 101-103, de rubriek Binnenland, waarin uitvoerig wordt geput uit het 22e jaarverslag van de vereniging betreffende activiteiten, uitgaven, inkomsten en pogingen tot meer samenwerking te komen met alle instellingen van armenzorg (diakoniën, verenigingen, commissies, fondsen e.d.) t.a.p., 2e jrg. (1901) 84,85: uitvoerige bespeking van het 23ste jaarverslag. ad laatste vermelding: Ontleend aan de voordracht gehouden door M.C. Nijland op 15 maart 1928 ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de verenigig. Zie 'publicaties van de vereniging'. |
Opmerkingen | Ongeveer tweederde van de aanvragen, zo blijkt uit door Falkenburg gegeven tabellen, werd niet gehonoreerd. De oorzaak hiervan was volgens Falkenburg dat degenen die zich blijkens het eerste onderzoek schuldig maakten aan 'bedelarij, oneerlijkheid, verkwisting, slordigheid, en drankmisbruik' niet voor hulp in aanmerking kwamen evenmin als degenen die recent naar Rotterdam verhuisd waren. |
Archief
Enkele stukken die de Vereeniging tot verbetering van armenzorg betreffen worden bewaard in het Gemeentearchief Rotterdam:
in het archief van de Familie Mees (toegangsnummer 39):
Circulaire van de Vereeniging tot verbetering van armenzorg, door het bestuurslid Rudolf Pieter Mees aan een onbekende toegezonden, z.j. (inv. nr. 1607).
In het archief van het Heilige Geesthuis te Rotterdam (toegangsnummer 365.1):
Circulaire van de Vereniging tot verbetering van armenzorg met intekenbiljet, 1879 (inv. nr. 21);
Zesde verslag van de Vereniging tot verbetering van armenzorg, 1883 (inv. nr. 22).
In het archief van de Woningcommissie (Rotterdam) (toegangsnummer 371):
Mededeling van de Vereeniging tot verbetering ven Armenzorg. Gedrukt, ongedateerd (ca. 1900) (inv. nr. 9).
In het archief van de Familie Van Oordt (toegangsnummer 675):
Stukken betreffende de Vereeniging tot verbetering van de Armenzorg , 1879 en z.d. (inv. nr. 1671).
Literatuur
Toon publicaties van de vereniging
Publicaties van de vereniging
Verberg publicaties van de vereniging
- Vereeniging tot verbetering van armenzorg te Rotterdam: beschrijving van haren werkkring (Rotterdam circa 1890).
- Verslag der Vereeniging tot Verbetering van Armenzorg te Rotterdam (Rotterdam circa 1890).
- Nijland, M.C., (Voordracht, gehouden door - op 15 maart 1928, ter gelegenheid van het 50-jarige bestaan), Uit de geschiedenis van de Vereeniging tot Verbetering van Armenzorg te Rotterdam (z.p. 1928).
- Mededeelingen van de Vereeniging tot verbetering van Armenzorg (Rotterdam maart 1883 - november 1889).