Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Nederlandsche Vereeniging tot Afschaffing van (den) Sterken Drank

Naam Nederlandsche Vereeniging tot Afschaffing van (den) Sterken Drank
Opmerkingen over naam i.p.v. 'tot Afschaffing van' ook wel: 'tegen' den sterken Drank
Alternatieve namen
  • De "Blauwe N.V." of 'de N.V.' (meer een bijnaam dan een alternatieve naam)
  • Nederlandsche vereeniging tot Afschaffing van Alcoholische Dranken (Vanaf 1899. De nieuwe naam duidde op wijziging in het karakter van de vereniging, van afschaffing/matiging naar geheelonthouding)
Plaats Den Haag
Provincie Zuid-Holland
Begindatum 12 september 1842 (oprichting)
Einddatum 1962 (opheffing)
Levensbeschouwing neutraal
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Alcoholisten
Leden (uitleg)
De groep waaruit de leden afkomstig zijn
Mannen en vrouwen
Werkingsgebied Landelijk
Doelstelling

Het 'formulier van verbintenis' luidde: "Wij, ondergeteekenden, verbinden ons, om van heden af geen sterken drank (behalve tot geneeskundig gebruik) te zullen drinken of aan anderen schenken, het gebruik zoowel als het misbruik op allerlei wijze te zullen tegengaan, en anderen tot eene gelijke verbintenis als deze aan te sporen."

De ambitie was dé nationale drankbestrijdingsvereniging te worden. (Janse, 50)

Activiteit

'Het oprichten van bierhuizen en volkshuizen zonder sterke drank maar mét bier werd in enkele gevallen door de Ned. Ver. financieel gesteund.' (inleiding inventaris)

Het zenden van adressen, petities, brieven, enz. aan de regering om deze tot medewerker te maken in de strijd tegen de alcohol en bijvoorbeeld het drankgebruik bij leger en vloot te ontmoedigen of wettelijk in te perken.

Heeft als afdeling(en)

medio 1854: die te Den Bosch, Arnhem, Nijmegen, Velp, Rozendaal, Zalt-Bommel, Zutphen, Alkmaar, Amsterdam, Berkhout, Edam, Haarlem, Hoorn, Enkhuizen, St. Maarten, Zandvoort, Brielle, Den Haag, 's Gravenzande, Leiden, Oudshoorn-Koudekerk, Rotterdam, Zwammerdam, Bodegraven-Aarlanderveen, Middelburg, Vlissingen*, Amersfoort, Utrecht, Breukelen, Arum, Franeker, Harlingen, Leeuwarden*, Makkum, Sneek, Almelo, Kampen, Zwolle, Groningen en Hoogezand. De afdeling Groenlo was in 1852 opgeheven.

In 1875 bestond er ook een afdeling Zierikzee. Kennelijk is in 1893 een afdeling in Sint Annaparochie opgericht (zie onder opmerkingen).

Voorts bestonden her en der correspondentschappen, o.a. in de plaatsen Aardenburg, Breskens, Brouwershaven, Domburg, Goes, Sas van Gent, St. Annaland en Zuidzande in Zeeland (Zeeuws jaarboekje 1858-1880) en tegen de eeuwwisseling in Schiedam.

Heeft als afgescheiden organisatie

de Algemeenen Nederlandsche Geheelonthouders Bond (ANGOB), opgericht in 1897 en gevestigd te Den Haag. De Angob was in feite een nieuwe organisatie van vooral geheelonthoudende-oud-NV-leden, die na een mislukte poging de NV om te vormen in een geheelonthouders-club een eigen geheelonthoudersbond oprichtten in 1897 in de - vergeefs gebleken - hoop de krachten van alle geheelonthouders in Nederland te kunnen bundelen.

Oprichters

de Haarlemse medicus dr. Willem Egeling, eerste algemene voorzitter, de grondeigenaar J. Stuart, de latere minister mr. J. Heemskerk, de boekdrukker mr. J.G. La Lau, de remonstrantse predikant A.A. Stuart uit Amsterdam en nog drie anderen, die korte tijd later afhaakten.

Bestuursleden

het hoofdbestuur in Den Haag in 1854:

mr. C.C.E. d'Engelbronner, te Den Haag, voorzitter; dr. W. Egeling, te Haarlem, secretaris; ds. T.C.R. Huydecoper, te Den Haag, penningmeester; G.A. van Limburg Brouwer predikant te Amsterdam, B.H. Everts, Meerenberg te Bloemendaal, mr. C.L. Schüller tot Peursem, te Utrecht en C. Ledeboer, te Rotterdam.

provinciale correspondenten in 1854:

P.R.D. Muller te Den Bosch voor Noord Brabant;E. baron van Lijnden voor Gelderland;

mr. W.B. Bergsma te Haarlem voor Noord-Holland;  J.A.C. Voorhoeve te Rotterdam voor Zuid-Holland; B.H. Carp te Middelburg voor Zeeland; R. van Rees te Utrecht voor Utrtecht; S.F. van Hasselt te Sneek voor Friesland, C.L.P. Metelenkamp te Zwolle voor Overijssel; H. Suidingh te Groningen voor Groningen en mr. L. Oldenhuis Gratema te Assen voor Drenthe (Goede Raadgever 1854)

het Hoofdbestuur in Den Haag

voor het jaar 1858:

mr. C.C.E. d'Engelbronner, te Den Haag, voorzitter; dr. W. Egeling, te Renkum, secretaris; ds. T.C.R. Huydecoper, te Den Haag, penningmeester; dr. B.H. Everts, Meerenberg te Bloemendaal, mr. C.L. Schüller tot Peursem, te Utrecht; J.C. Ledeboer, te Rotterdam en mr. A. de Vries, te Amsterdam. (Zeeuwsch jaarboekje 1858)

Het hoofdbestuur in Den Haag voor het jaar 1863:

mr. A. de Vries, te Amsterdam, voorzitter; mr. C.C.E. d'Engelbronner, te Den Haag, secretaris; ds. T.C.R. Huydecoper, te Den Haag, penningmeester; dr. D. Lubach, te Haarlem; J.A.T. Cohen Stuart te Den Haag; dr. B.H. Everts, Meerenberg te Bloemendaal en ds. G.A. van Limburg Brouwer, te Amsterdam.

Provinciale correspondenten in 1863 waren:

A. Baggerman te Den Bosch voor Noord-Brabant; H.B. Breijer te Arnhem voor Gelderland; K.T. baron van Lijnden te Den haag voor Zuid-Holland; dr. J. van der Moer te Amsterdam voor Noord-Holland; dr. F.P.J. SibmacherZijnen te Middelburg voor Zeeland; mr. J.J. van Leeuwen jr. te Utrecht voor Utrecht; H. Kuipers te Leeuwarden voor Friesland; dr. J. Moll, te Zwolle voor Overrijsel; ds. Alb. van Toorenbergen te Groningen voor Groningen en dr. H. de Jonge te Meppel voor Drenthe; (vertegenwoordiger voor Limburg niet vermeld).(Goede Raadgever 1863)

het hoofdbestuur te Den Haag in 1875:

Dr. G.A. van Limburg Brouwer, te Zeist, eere-voorzitter; jhr. J.L. de Jonge, voorzitter, te Zierikzee; G.H. Eshuijs, penningmeester, te Rotterdam; mr. C.C.E. d'Engelbronner, secretaris, te Den Haag; ds. C.J. Brutel de la Rivière, te Haarlem; prof. J.P.T. van der Lith, te Utrecht; ds. E. Cats Wor, te Enkhuizen en prof. C.B. Tilanus, te Amsterdam.

Provinciale correspondenten in 1875 waren:

P.J. Alberse te Oosterhout voor Noord-Brabant en Limburg; H.C. Breier te Arnhem voor Gelderland; H. Zeeman te Haarlem a.i. voor Zuidholland; ds. E.W.J. Koch te Middelburg voor Zeeland; E. baron van Lijnden te Utrecht voor Utrecht; ds. E.H. Lasonder te Leeuwarden voor Friesland; dr. L. Lubach te Kampen voor Overijssel, ds. K. Hofkamp te Nuis voor Groningen en ds. A.L. Lesturgeon te Zweelo voor Drenthe. (De Rijks- en Residentie-Almanak 1875)

Vergaderplaats

De oprichtingsvergadering vond plaats te Leiden in 'Au Lion d'Ór'. (Janse)

Koninklijk Besluit 4 april 1844
Verantwoording gegevens

Maartje Janse, De Afschaffers, Publieke opinie, organisatie en politiek in Nederland 1840-1880 (Amsterdam 2007) 46-51, 129-158.

ad activiteit:

Vereeniging tot afschaffing van sterken drank; Traktaatjes, nr. 1, 1842.

gegevens ontleend aan de inventaris van het Archief Nationale Commissie tegen het Alcoholisme dat berust op het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis te Amsterdam.

ad oprichters en bestuursleden:

De Rijks- en Residentie-Almanak voor het Koninkrijk der Nederlanden 1875 (Den Haag 1875) 221-222.

Zeeuwsch jaarboekje en Middelburgsche naamwijzer 1858 (Middelburg 1858).

ad doelstelling en bestuursleden:

De goede raadgever: almanak voor vrienden van orde en welvaart voor 1854  (1e jrg. 1854) 12, 15, 16.

De goede raadgever: almanak voor vrienden van orde en welvaart voor het jaar 1863 (10e jrg. 1863), 18-24.

Opmerkingen

ad alternatieve namen:

ds. E.J.W. Koch, voorman en propagandist, bewerkstelligde in 90-er jaren dat men oog kreeg voor de geheelonthouding, dat in 1894 de geheelonthoudersafdelingen als lid toegelaten werden en dat op de algemene vergadering van augustus 1899 werd besloten de vereniging om te zetten in een geheel-onthoudersvereniging. Dit was ook het gevolg van de toestroom van principiëlere en jeugdiger socialistische/sociaal-democratisch geïnspireerde leden.

leden:

'In 1858 (...) waren er 2238 vrouwelijke afschaffers, bijna 20 procent van het totale ledenbestand.' (Janse 132)

ad richtgroep:

alcoholisten, vooral ook preventief.

ad doelstelling:

Om dé nationale bestrijdingsbeweging te worden moest voortdurend geprobeerd worden, al dan niet via het episcopaat of RK-politici, het katholieke volksdeel bij de drankbestrijding te betrekken, overigens tot het laatste decennium van de 19e eeuw zonder resultaat. Ook de al bestaande matigheidsgenootschappen werden in het vizier genomen en eind veertiger jaren hadden de meeste zich aangesloten. (Janse)

ad Kon. Besluit:

Op 4 april 1844 wordt de NV bij KB als zedelijk lichaam erkend.

ad einddatum:

1962 toen nl. 'de NV' met de NCGOV, de ANGOB en de Orde van Goede Tempeliers fuseerde tot de ANDO.

ad levensbeschouwing:

Hoewel het karakter van de vereniging officieel neutraal was - men neemt zich immers voor correspondenten te werven 'van alle gezindheden, "met name Israëlieten en R.C. priesters" ' -  speelden predikanten van protestantse kerken er tot 1880 een grote rol in. (Janse, 49:)  'Onder de 27 oprichters en correspondenten die tussen november 1842 en september 1843 hun naam openlijk aan de vereniging verbonden, waren acht predikanten, een pastoor en twee artsen, alsmede acht leden van de bestuurlijke en juridische elite: burgemeesters, hoge ambtenaren, leden van de rechtbank, advocaten en een notaris. Minstens zo opmerkelijk is de aanwezigheid van zeven mannen uit de wereld van de landbouw en de nijverheid: grondeigenaren die landbouwondernemingen of houtvesterijen bezaten, fabrikanten, een koopman en een winkelier.

leden:

Na de oprichting groeide het aantal leden snel; in 1865 tot ongeveer 14.000. Maar de strijd was moeizaam en verloor haar elan; in 1894 waren er nog maar 1100 à 1200 leden over. In 1876, het jaar dat leden voor het eerst verplicht werden contributie te betalen, waren er nog 36 afdelingen vertegenwoordigd, in 1887 nog maar 3. Rond 1900 bleek het nauwer samengaan met de arbeidersbeweging en haar radicalere geheel-onthouders-standpunt de vereniging weer tot leven te wekken; een nieuwe periode van groei zette in.

Het gebruik van de z.g. zwak-alcoholische dranken was niet begrepen onder het streven naar afschaffing; het gebruik ervan, en met name van bier werd zelfs in verschillende propagandistische uitspraken warm aanbevolen. Het oprichten van bierhuizen en volkshuizen zonder sterke drank maar mét bier werd in enkele gevallen door de Ned. Ver. financieel gesteund en op de algemene vergadering van 1847 werd zelfs besloten een adres aan de Koning te richten met het verzoek om afschaffing van de bieraccijns en opheffing van de belemmeringen voor de bierbrouwerijen.

Het betrekken van de overheid bij de drankbestrijding leidde er op 4 aug. 1852 toe dat de regering het verenigingsblad de Volksvriend besloot als 'een blad ten algemeene nutte' van zegel vrij te stellen.

Het aantrekken van de al bestaande matigheidsgenootschappen ging niet helemaal zonder slag of stoot: in Rotterdam bijvoorbeeld moest de oprichter van het Matigheidsgenootschap Van der Voo het veld ruimen en in Amsterdam bleef de wel zeer gematigde onthoudingsbelofte van het voormalig zelfstandig genootschap als alternatief voor de strenge NV-variant voorlopig bestaan.

ad relaties:

De inventaris van het archiefbestand Drankbestrijdingsorganisaties dat onder toegangsnummer  130-1 wordt bewaard in Tresoar, Fries Historisch en Letterkundig Centrum, vermeldt o.a.:

N.V. Sint Annaparochie.

N.B. Het eerste notulenboek, 1893-1904, ontbreekt. Het wel bewaarde archief dateert van na 1900.

Archief

Het archief van Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van alcoholhoudende dranken berust in het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis te Amsterdam als onderdeel van het Archief van de Nationale Commissie tegen Alcoholisme (NCA).

Voorts is archiefmateriaal m.b.t. de landelijke vereniging te vinden in de diverse afdelingsarchieven, waarvan enkele eveneens gevoegd zijn in het archief van de NCA.

Ook bevindt zich archiefmateriaal m.b.t. de landelijke vereniging in afdelingsarchieven buiten Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van alcoholhoudende dranken, zoals in het Historisch Centrum Leeuwarden, toegangsnummer 133 I: archief van de Nederlandse Vereniging tot Afschaffing van alcoholhoudende Dranken afdeling Leeuwarden, jaarverslagen, 1859-1960.

Toon archiefinfo
Verberg archiefinfo

Naam archiefbewaarplaats Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis
Naam collectie Archief Nationale Commissie tegen het Alcoholisme (1832-) 1842-1997
Toegang inventaris
Openbaarheid volledige openbaarheid
Notulen ja

Notulen van de Algemeene Vergaderingen (5de tot en met 34e vergadering), 1845-1872.
NB. De eerste notulenboeken ontbreken.

Beschrijvingsbrief 60ste Alg. Vergadering, 1895.
Notulen van de 62e Alg. Vergadering (2x gedrukt), 1896.
Notulen van de 63e Alg. Vergadering (gedrukt), 1897.
Uittreksel Notulen 65e Alg. Vergadering (gedrukt), 1899.
Notulen van de 65e Alg. Vergadering, 1899 (aug.) + uittreksel.
Notulen van de 66e Alg. Vergadering, 1899 (dec.).
Notulen van de 37e Alg. Vergadering, 1900 (sept.).
Notulen van de 68e Alg. Vergadering, 1901 (juli).

inv. no 15. Notulenboek van de Hoofdbestuursvergaderingen, 12.V.1846-nov. 1853.
Notulenboek van de Hoofdbestuursvergaderingen, nov. 1853-7.X.1859.
NB. De eerste notulenboeken van het Hoofdbestuur ontbreken.

inv. no 16. Notulenboek van de Hoofdbestuursvergaderingen, 6.I.1860-17.XII.1873.

inv. no. 17. Notulenboek van de vergaderingen van het Hoofdbestuur, 22.V.1874-20.I.1891.

inv. no. 18. Notulenboek van de vergaderingen van het Hoofdbestuur, 14.IV.1891-25.XI.1895.

inv. no. 19.  Notulenboek van de vergaderingen van het Hoofdbestuur, 14.I.1896-18.IV.1906.

Jaarverslagen ja

Jaarverslagen gedrukt: 1e t/m 20e, (1842), 1845-1863;

Jaarverslagen gedrukt: 25e t/m 40e, 1864-1883;

Jaarverslagen gedrukt: 41e t/m 70e, 1884-1913.

Overige stukken ja

Documentatie van de Nederlandsche Vereeniging (1853-1876 en 1903-1963) in inv. no. 50.

Opmerkingen algemeen

Archiefmateriaal m.b.t. de landelijke NV bevindt zich ook in de afdelingsarchieven, b.v. in die waarvan de archieven zijn ondergebracht in het Archief van de Nationale Commissie tegen alcoholisme (IISG).

Inventaris (inv. nrs. 1-87) gemaakt door J.M. Welcker in 1985.

Plaatsingslijst aanvulling (inv. nrs. 88-160) gemaakt door Ed Kool in 1999 en 2002.



Literatuur


Toon literatuur over de vereniging

Literatuur over de vereniging


Verberg literatuur over de vereniging
  • De Volksvriend; maandblad van de Nederl. Vereeniging tot Afschaffing van Sterken Drank (Amsterdam 1846-1899).

Toon publicaties van de vereniging

Publicaties van de vereniging


Verberg publicaties van de vereniging
  • Sluit Schiedam (opvolger van de periodiek de Volksvriend) (1899 -).
  • Gedenkboek ter gelegenheid van het vijfenzeventig-jarig bestaan van de Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van Alcoholhoudende dranken (Groningen 1917).
  • Proost, K.F., Weg en werk. Een eeuw drankbestrijding. Ontwikkelingsgang van de Nederlandse Vereniging tot Afschaffing van Alcoholhoudende Dranken (Utrecht 1941).
  • Almanak van de Nederlandsche Vereeniging welke later onder de naam: "Goede Raadgever" [De goeden-raad gever, De goeden raad-gever en: De goeden-raadgever] werd voortgezet (Amsterdam 1854 - na 1900).
  • Vereeniging tot afschaffing van sterken drank; Traktaatjes. Nederlandsche Vereeniging tot Afschaffing van Sterken Drank (Amsterdam 1842-1893?).
  • Verslag van de oprigting en den toestand der Nederlandsche Vereeniging tot Afschaffing van Sterken Drank (Amsterdam 1845-1857).