Vereeniging tot ondersteuning van het Meisjesgesticht, de Voorzienigheid in de Elandstraat te Amsterdam
Naam | Vereeniging tot ondersteuning van het Meisjesgesticht, de Voorzienigheid in de Elandstraat te Amsterdam |
Alternatieve namen |
|
Plaats | Amsterdam |
Provincie | Noord-Holland |
Begindatum | 1859 (eerste vermelding) |
Einddatum | 1940 (laatste vermelding) |
Levensbeschouwing | rooms-katholiek |
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
|
Meisjes, Ouderen, Verwaarloosde kinderen |
Leden (uitleg)
De groep waaruit de leden afkomstig zijn
|
Vrouwen |
Werkingsgebied | Lokaal |
Doelstelling | het financieel steunen van bovengenoemd R.K. Gesticht van Weldadigheid genaamd: de Voorzienigheid. |
Activiteit | het bijeenbrengen van geld voor de eigen instelling "de Voorzienigheid", o.a. ook door het houden van collecten. |
Afscheiding van | de Vereeniging tot ondersteuning der toenemende Gestichten St. Aloysius en "De Voorzienigheid". |
Oprichters | de priester J.H. Bekker |
Eigen gebouw (adres) | Ten tijde van de oprichting van de vereniging huisde de instelling in "den Franschen tuin" in de Elandstraat te Amsterdam. Onder het bestuur van Bekker van 1859-1887 werd de behuizing uitgebreid, o.a. door aankoop en herinrichting van de suikerfabriek "Zweden" in 1869 en na 1880 ook van de bij de fabriek behorende kantoren. In 1887 werden de huizen van de Voorzienigheid officieel kadastraal afgesplitst van het bezit van de 'Heeren-vereeniging' en eigen bezit van "de Voorzienigheid". |
Verantwoording gegevens | Zuster M. Gerardina, De Congregatie van de Arme zusters van het Goddelijk Kind en het Gesticht "De Voorzienigheid" (Voorhout 1927) 313-323. J.F.L. Blankenberg, H.J. de Dompierre de Chaufepié en H. Smissaert, Gids der Nederlandsche Weldadigheid (Amsterdam 1899) 652. J.J.H. Dekker, Straffen, redden en opvoeden. Ontstaan en ontwikkeling van residentiële heropvoeding in Europa, 1814-1914, met bijzondere aandacht voor de ‘Nederlandsch Mettray’ (Assen 1985) 334. ad laatste vermelding: ontleend aan gegevens uit het archief van de Armenraad. |
Opmerkingen | Zuster Gerardina vermeldt dat Bekker voor zijn "Dames-Beschermsters en Inzamelaarsters" zoals hij de leden van de vereeniging noemde wel 70 toepraken hield (p. 318). inkomsten: Giften, legaten en erfenissen, opbrengsten van collecten gehouden door de dames-verzamelaarsters. de leden bestonden uit dames-beschermsters en dames-verzamelaarsters. ad activiteit: 'Er werden in 1890 160 kinderen verpleegd, in 1895 180 en in 1896 190.' (Blankenberg) |