Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Vereeniging tot bevordering van den bouw van Werkmanswoningen

Naam Vereeniging tot bevordering van den bouw van Werkmanswoningen
Plaats Leiden
Provincie Zuid-Holland
Begindatum 29 juni 1891 (oprichting)
Einddatum 1 januari 1986 (opheffing)
Levensbeschouwing neutraal
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Arbeiders
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

'Art. 1: De Vereeniging tot bevordering van den bouw van Werkmanswoningen, gevestigd te Leiden, heeft uitsluitend ten doel de verbetering van den toestand der werkmanswoningen te Leiden of in de onmiddellijke nabijheid van Leiden.'

Activiteit

art. 1 vervolg, toegevoegd bij de herziening van de statuten in 1893:

'Zij tracht dit doel te bereiken door het aankoopen van voor de gezondheid schadelijke woningen, ten einde die te herstellen of door nieuwe te vervangen, en de aldus verkregen gezonde woningen tot normalen prijs te verhuren.

Ook open terreinen kunnen worden aangekocht, wanneer dit met het oog op den werkkring der vereeniging noodig schijnt.'

Oprichters

'Werkmanswoningen was het initiatief van prof. Greven.'

Bestuursleden

'Greven was bij de eerste verkiezing van bestuursleden van de Vereeniging tot bevordering van den bouw van Werkmanswoningen op 9 oktober 1891 gekozen tot voorzitter.'

Koninklijk Besluit 21 juli 1891 nr. 33; 17 augustus 1893 nr. 25; 19 oktober 1894 nr. 34; 10 september 1903 nr. 82.
Verantwoording gegevens

C.H.D.J. van Heck en P.J.M. de Baar, Honderd jaar sociale woningbouw in Leiden. Van Werkmanswoningen Eensgezindheid en Leidse Woningstichting tot Woningbouwvereniging Leiden. (Eigen uitgave van Woningbouwvereniging Leiden, Leiden 1991) 27-56.

Opmerkingen

ad einddatum:

De vereniging hield op te bestaan bij de fusie met Woningbouwvereniging Eensgezindheid en de Leidse Woningstichting tot Woningbouwvereniging Leiden op 1 januari 1986.

ad activiteit:

Door de Vereeniging tot bevordering van den bouw van Werkmanswoningen werden hypotheken verstrekt aan andere bouwverenigingen zoals het coöperatieve 'Eigen Haard' eveneens te Leiden, waaraan in totaal f. 38.800 werd verstrekt.

'Het herstellen van de oude woningen bleek dikwijls onmogelijk. De huizen werden dan tot de grond toe afgebroken en vervangen door nieuwe, meestal minder in aantal. In 1894 konden de eerste krotwoningen aangekocht worden. Acht huisjes in de toemalige Singelstraat werden afgebroken en door zeven nieuwe vervangen. Vier huisjes in de Rozenpoort en acht in de Roggebroodspoort, beide aan de Middelste Gracht werden opgekocht, afgebroken en vervangen door resp. 2 en 5 nieuwe huizen. De huur bedroeg f. 1,25 tot f. 2,50 per week. (...) Ook de volgende jaren zette het bestuur zich met voortvarendheid in voor de krotopruiming.

Voor al deze activiteiten was het aandelenkapitaal op den duur ontoereikend. Bovendien bleek het steeds moeilijker aandelen te plaatsen. De Leidsche burgerij voelde zich vermoedelijk te weinig betrokken bij de woonproblemen van de arbeiders om zich tevreden te stellen met een vrij laag dividend en wat minder zekerheid van belegging.' (p. 51)

Al gauw ging men zich richten op het bouwen van werkmanswoningen búiten het gebied in de stad waar huisjesmelkers de prijzen van de krotten en de grond tot zo grote hoogte hadden opdreven. Rond 1900 kwam zodoende aan de opruiming van de krotten voorlopig een einde.