Verenigingen voor armenzorg en armoedepreventie in de negentiende eeuw

 
English | Nederlands

Nederlandsche Vereeniging tot het verleenen van hulp aan gekwetste en zieke krijgslieden in tijd van oorlog, comité 's-Gravenhage van -

Naam Nederlandsche Vereeniging tot het verleenen van hulp aan gekwetste en zieke krijgslieden in tijd van oorlog, comité 's-Gravenhage van -
Alternatieve namen
  • "Vereeniging Het Nederlandsche Roode Kruis", afdeling Den Haag (vanaf 1895)
Plaats Den Haag
Provincie Zuid-Holland
Begindatum 1869 (eerste vermelding)
Einddatum
Levensbeschouwing neutraal
Richtgroep (uitleg)
De groep ten behoeve waarvan de vereniging actief is
Gevangenen, Militairen, Zieken
Leden (uitleg)
De groep waaruit de leden afkomstig zijn
Mannen en vrouwen, Medici
Werkingsgebied Lokaal
Doelstelling

In tijd van oorlog, het lot van den gekwetsten en zieken Krijgsman door persoonlijke diensten en stoffelijke hulpmiddelen te helpen verzachten, ook dan, wanneer haar hulp wordt gevraagd door oorlogvoerende natiën, terwijl Nederland in den oorlog niet betrokken is; In tijd van vrede, zich uitsluitend tot die taak voor te bereiden, om daarvoor steeds gereed te zijn.

Spoedig vormde ook de zorg voor zieken(verpleging) in vredestijd een vast onderdeel van de doelstelling.

Activiteit

Het voorbereiden van door het Hoofd- en de lokale comité's te verlenen hulp; treffen van maatregelen in oorlogstijd inzake uit te zenden ambulances en bijzondere detachementen; het verkrijgen van een centraal magazijn waar hulpgoederen bijeengebracht en verzonden worden.

Zonder Europese oorlog werd de aanvankelijke beperkte taakopvatting geleidelijk aangepast m.n. de (opleiding tot) het verplegen van zieken werd de belangrijkste activiteit van het Rode Kruis, uitgevoerd door de vrouwelijke leden of de leden van het damescomité.

Afdeling van

de Vereeniging het Nederlandsche Roode Kruis, opgericht in 1867 en eveneens gevestigd in Den Haag onder de naam: Nederlandsche Vereeniging tot het verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden in tijd van oorlog.

Heeft als deelnemer

het Haagsche vrouwencomité, dat als een afzonderlijk, zeer actief comité tot in de twintigste eeuw naast het herencomité bleef bestaan en mede aan de wieg stond van de Haagse Diaconesseninrichting.

Beschermheren -of vrouwen

koningin Emma

Bestuursleden

Mannencomité:

voorzitter: dr. H. van Cappelle in 1870, 1872, dr. H.C. Kips in 1880, C.G. van Mansveld in 1883, C.G. van Mansveld in 1893, 1894, dr. W.P. Ruijsch in 1900, 1902.

onder-voorzitter: dr. J. Bosscha jr. in 1870, dr. H. van Cappelle in 1883, dr. W.P. Ruijsch in 1893, 1894, J. Binnendijk in 1900, 1902.

secretaris: dr. B. Carsten in 1870, 1872, dr. A.E. Post (arts) in 1880, mr. W. van Rossem Bzn. in 1883, mr. W. van Rossem Bzn. in 1893, 1894, mr. C. Roest in 1900, 1902.

penningmeester: jhr. J. van Stralen in 1870, mr. A.A. de Pinto in 1880, mr. H.N.C. Baron van Tuyll van Serooskerken in 1883, 1893, 1894, 1900, 1902.

Overige bestuursleden: jhr. J.L.C. Pompe van Meerdervoort, ds. J. Herman de Ridder, H.N.C. Baron van Tuyll van Serooskerke in 1870, dr. H. van Cappelle, H.N.C. Baron van Tuyll van Serooskerke, W.P. Ruysch (arts) in 1880, mr. A.A. de Pinto, C.J. Schouten in 1883, 1893, mr. A.A. de Pinto, J. Binnendijk, H. van der Mark in 1894, C.G. van Mansvelt, dr. G.J. Teljer, mr. A.A. de Pinto in 1900, dr. G.J. Teljer, mr. A.A. de Pinto, C.W. Vinkhuijzen (arts) in 1902.

Eigen gebouw (adres)

Met machtiging van Wilhelmina werd door het hoofdcomité in 1916 het tot dan door hen bewoonde Pageshuis aan het Vrouwencomité van het Rode Kruis overgedragen en kreeg ook het mannencomité daarin enkele lokalen tot haar beschikking. (Verspyck)

Koninklijk Besluit 24 juni 1878 nr. 37
Goossens van Eyndhove nr. (uitleg)
Het nummer waaronder de vereniging is opgenomen in: A.E.G. Goossens van Eyndhove, De vereenigingen erkend krachtens de wet van 22 april 1855 (Stbl. 32) (Den Haag 1891). Dit repertorium bevat alle verenigingen die tussen 1855 en 1890 erkenning hadden gekregen krachtens de Wet op de Vereniging van 1855. Goossens van Eyndhove stelde het repertorium samen op basis van de Staatscourant, waarin de statuten van alle erkende verenigingen gepubliceerd werden. Hij nam daaruit op: de naam van de vereniging, de plaats van vestiging, de doelstelling, de datum en het nummer van het Koninklijk Besluit en de datum van de Staatscourant waarin de statuten afgedrukt stonden.
1376
Verantwoording gegevens

G.M. Verspyck, Het Nederlandsche Roode Kruis (1867-1967), uitgegeven ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan door het Nederlandsche Roode Kruis 's-Gravenhage, in samenwerking met uitgeverij G.H. Callenbach NV te Nijkerk 1967.

Ph. Falkenburg, Armenzorg in Nederland 3e deel: Gemeente 's-Gravenhage (Amsterdam 1897) 409. (In opdracht der Vereeniging voor de staatshuishoudkunde en de statistiek bewerkt door Ph.F.)

Falkenburg brengt 'Het vrouwencomité van het 'Roode Kruis' te Den Haag ter sprake, omdat zij polikliniek houdt in haar 'Tehuis voor pleegzusters' in de Balistraat. (Zie activiteit)

ad bestuursleden:

's-Gravenhaagsche stads- en residentie-almanak voor 1870, 1872, 1880, 1883, 1893, 1894, 1900 en 1902.

ad einddatum:

geen, de afdeling bestaat nog; zie de website van het Rode Kruis Den Haag, geraadpleegd op 27 maart 2011.

Opmerkingen

ad begindatum:

G.M. Verspyck noteert erkenning van de afdeling 'het vrouwen-comité' te Den Haag door het hoofdcomité op 22 feb. 1868 en die van het 'mannen-comité' op 29 februari dat jaar, terwijl Goossens alleen 'het comité te 's Gravenhage' vermeldt.

ad leden:

medici en contribuerende leden niet-medici

ad richtgroep:

krijgsgevangen gemaakte, zieke en gewonde militairen; in vredestijd, zieken en gewonden.

ad publicatie van de vereniging:

in de bibliotheek van het Haags Gemeentearchief



Literatuur


Toon publicaties van de vereniging

Publicaties van de vereniging


Verberg publicaties van de vereniging
  • Verslag van het Comité te 's-Gravenhage tot het verlenen van hulp aan gekwetste en zieke krijgslieden in tijd van oorlog ('s-Gravenhage 1869-1881).