Constitutionele Commissies

 
English | Nederlands

Commissie-Th. Heemskerk

Herzieningsjaar Grondwet
Naam (-voorzitter) Commissie-Th. Heemskerk
Officiële naam Staatscommissie tot Onderzoek van de vraag, welke wijzigingen in de Grondwet behoren te worden aangebracht
KB instelling commissie 24-3-1910, no. 16
KB ontbinding commissie 22-7-1912, no. 46
Naam, varianten Staatscommissie voor Kiesrecht
Opdracht commissie algemene opdracht
Jaren 1910-1912
Aantal bijeenkomsten 54
Datum eindverslag 15-5-1912
Datum aanbieding Tweede Kamer 5-2-1913
Subcommissies

De Commissie-Th. Heemskerk kende negen subcommissies en een redactiecommissie: 

- voor de hoofdstukken I en II (zesde en zevende afdeling betreffende de regering): Oppenheim (voorzitter), Van Citters, Van Idsinga, Nolens, Tydeman.

- voor hoofdstuk II (eerste tot vijfde afdeling betreffende het koningschap): Röell (voorzitter), Van Doorn, Cort van der Linden, Van Lynden van Sandenburg, Reekers.

- voor delen van hoofdstuk III van de grondwet (Staten-Generaal, kiesrecht): Kuyper (voorzitter), De Savornin Lohman, Troelstra, Drucker, Van der Feltz, Van Nispen tot Sevenaer, Van de Velde.

- voor de hoofdstukken III, vierde afdeling, en hoofdstuk VII van de grondwet ('subcommissie voor de Begrooting'): De Savornin Lohman (voorzitter), Van Doorn, Drucker, Nolens, Tydeman.

- voor delen van de hoofdstukken IV en IX van de grondwet (provincie, gemeente, waterstaat): Oppenheim (voorzitter), Van Citters, Van der Feltz, Van Lynden van Sandenburg, Van Nispen tot Sevenaer.

- voor de hoofdstukken V en XI van de grondwet (justitie en grondwetswijzigingen): Röell (voorzitter), Cort van der Linden, Van Idsinga, Loeff, Oppenheim.

- voor hoofdstuk VI van de grondwet (godsdienst): Heemskerk (voorzitter), De Savornin Lohman, Cort van der Linden, Van Nispen tot Sevenaer, Van Doorn.

- voor hoofdstuk VIII van de grondwet (Defensie): Oppenheim (voorzitter), Van Citters, Van Idsinga, Nolens, Tydeman.

- voor hoofdstuk X van de grondwet (onderwijs en armbestuur): Van Idsinga (voorzitter), Nolens, Tydeman, Drucker, Van Citters.

- redactiecommissie: Oppenheim (voorzitter), Loeff, Van Lynden van Sandenburg.

Verslagen

Verslag der Grondwetscommissie, ingesteld bij Koninklijk Besluit van 24 maart 1910, no. 16 (Den Haag 1912).

Literatuur Toon Verberg

Handelingen over de herziening der grondwet van 1815 (1887); uitgegeven onder toezicht van H.J. Romeijn, 2 dln. (Den Haag 1907-1916).

Handelingen over de herziening der grondwet, uitgegeven onder toezicht van Joh. Bened. Kan. Deel 1. Voorstellen staatscommissie en regeering, schriftelijke behandeling van de veranderings-voorstellen. Deel 2. Mondelinge behandeling van de veranderings-voorstellen in de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Deel 3. Behandeling van de veranderings-voorstellen in de Eerste Kamer der Staten-Generaal, tweede lezing van de grondwetsherziening ('s-Gravenhage 1916-1918).

H. Goeman Borgesius, Grondwetsherziening en algemeen kiesrecht (Den Haag [1911]), 20 p. [Vlugschrift van de Liberale Unie, nr. 3.]

C.E. van Koetsveld, De rotte plek. Naar aanleiding van het rapport der Commissie voor grondwetsherziening (Schoonhoven 1912), 23 p.

J.A. Nederbragt, De voorgestelde grondwets-herziening (Utrecht 1913), 28 p.

Ten opzichte van welke punten maakt het rechtstreeksch belang der vrouw wijziging van de Grondwet wenschelijk? (Den Haag [ca 1910]). [Uitgave van de Nederlandsche Bond voor Vrouwenkiesrecht, afd. 's-Gravenhage.]

[P. Rink], 'Algemeen kiesrecht'. Grondwetsherziening om te komen tot algemeen kiesrecht (Den Haag [1911]), 8 p. [Vlugschrift van de Liberale Unie, nr. 1.]

P.J. van Ravesteyn, De regeeringsvoorstellen in zake grondwetsherziening ter vergelijking geplaatst naast de grondwet en de voorstellen der staatscommissie met vermelding van andere wijzigingsvoorstellen (Haarlem 1913), 75 p.

C. G. von Reeken, Een dreigend gevaar. Onze kerkelijke coalitie-regeering, hare naamlooze vennootschappen en hare voorgestelde grondwetsverandering (Haarlem 1913), viii, 72 p.

L.D. Staal, Artikel 171 der Grondwet en zijn toepassing voor de gezindheden, in ’t bijzonder ten opzichte van het Nederl. Israelietisch Kerkgenootschap. Omwerking eener rede (Amsterdam 1913), 30 p. [Rede, uitgesproken ter Algemene Vergadering van 'Achawah' op 29 Juli 1912 te Amsterdam.]

Aan de Staatscommissie voor Grondwetsherziening. [De] Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht (Den Haag 1910), 8 p.

H. Verkouteren, Grondwetsherziening (Baarn 1912), 43 p. [Van rechts naar links, Serie I, no. 1.]

G.D. Willinck, De Indiën en de nieuwe Grondwet. Proeve tot vaststelling van normale staatsrechtelijke verhoudingen tusschen het moederland en de koloniën (Zutphen [1910]), 52 p.

Overige betrokkenen, personen


Overige betrokkenen, instellingen

1 
Aard van de documentatie commissiearchief
Naam archiefvormer/collectie
(Periode archief)
Ministerie van Binnenlandse Zaken: Staatscommissie Herziening Grondwet, 1910-1912 (1910-1912)
Vindplaats
(Kenmerk toegang)
Nationaal Archief, Den Haag (2.04.53.09)
Meer Verberg

Openbaarheid volledig
Soort toegang(en) inventaris
Kenmerk toegang 2.04.53.09
Inventarisnummers 1-11
Inhoud

inv. nr. 1.

Reglement van orde. Ontwerp en gedrukt exemplaar.

 

inv. nr. 2.

Gedrukte notulen van de 54 plenaire vergaderingen van de commissie, gehouden tussen 2 mei 1910 en 22 april 1912, met het opschrift 'Geheim'; totaal 759 bladzijden.

De notulen zijn vrij uitvoerig en de discussie wordt per spreker weergegeven. Bijgevoegd een index op de notulen per grondwetsartikel, die de blzn. 1-602 bestrijkt.

 

inv. nrs. 3-10: secretariaatsdossiers betreffende de activiteiten van de ingestelde subcommissies, 1910-1912. In verschillende van deze dossiers zijn nog stukken aanwezig over de verdere behandeling van de aangelegenheden waarover de subcommissies zich hadden gebogen.

- inv. nr. 3.

Handgeschreven notulen van de 12 vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van de hoofdstukken I en II (zesde en zevende afdeling betreffende de regering) van de grondwet, 7 december 1910 tot 10 mei 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten, correspondentie van leden van de subcommissie, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. In de omslag tevens enige bij de staatscommissie ingekomen brieven van verenigingen en particulieren, 1910.

- inv. nr. 4.

Handgeschreven notulen van de eerste zeven van de acht vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk II (eerste tot vijfde afdeling betreffende het koningschap) van de grondwet, 17 november 1910 tot 23 augustus 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie van leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

- inv. nr. 5.

Gedrukte notulen van de zeven vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van delen van hoofdstuk III van de grondwet (Staten-Generaal, kiesrecht), 9 januari tot 28 juni 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie van leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. Handgeschreven notulen van de eerste drie vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van de hoofdstukken III, vierde afdeling, en hoofdstuk VII van de grondwet ('subcommissie voor de Begrooting'), 11 april tot 21 juni 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie van leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concept en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

NB. De stukken van de twee subcommissies zijn in de omslag door elkaar geraakt. In de omslag tevens bij de staatscommissie ingekomen brieven en rekesten van verenigingen en particulieren, 1910, in het bijzonder betreffende het vrouwenkiesrecht.

- inv. nr. 6.

Handgeschreven notulen van de vijf vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van delen van de hoofdstukken IV en IX van de grondwet (provincie, gemeente, waterstaat), 1-15 maart 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd enkele convocaten, brieven van leden van de subcommissie en nota's, alsmede concepten en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

- inv. nr. 7.

Handgeschreven notulen van de vijf vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van de hoofdstukken V en XI van de grondwet (justitie en grondwetswijzigingen), 21 april tot 17 juli1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie met de leden van de subcommissie en enkele externe instanties, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. In de omslag tevens enige bij de staatscommissie ingekomen brieven, 1910.

- inv. nr. 8.

Handgeschreven notulen van de eerste vier vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk VI van de grondwet (godsdienst), 18 mei tot 20 juni 1911 ('Geheim'); hierna heeft ten minste nog één vergadering plaatsgevonden. Bijgevoegd convocaten en correspondentie met de leden van de subcommissie en de ministeries van Financiën en Justitie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. In de omslag tevens enkele bij de staatscommissie ingekomen rekesten en nota’s van kerkelijke zijde.

-inv. nr. 9.

Kopij en gedrukte versie van het rapport van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk VIII van de grondwet (defensie). Notulen en andere stukken ontbreken.

- inv. nr. 10.

Handgeschreven notulen van de twee vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk X van de grondwet (onderwijs en armbestuur), 2 juni tot 10 juli 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie met de leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

 

inv. nr. 11. Stukken betreffende de redactie van het eindverslag van de staatscommissie door een afzonderlijke subcommissie, 1912.

Correspondentie van de secretaris, concept van het verslag met commentaren van de leden en wijzigingsvoorstellen, kopij van het verslag, revisies; gedrukt exemplaar in eindversie. Enkele brieven inzake behandeling van het concept-verslag door de ministerraad.

 

Opmerkingen overig

Titel inventaris: 'Ministerie van Binnenlandse Zaken: Staatscommissie tot Onderzoek van de vraag, welke wijzigingen in de Grondwet behoren te worden aangebracht'.

NB. Instellings- en ontbindingsbesluiten ontbreken. Er zijn geen stukken aanwezig betreffende de parlementaire behandeling.


2 
Aard van de documentatie ambtelijke ondersteuning
Naam archiefvormer/collectie
(Periode archief)
Binnenlandse Zaken, afdeling Binnenlands Bestuur (1879-1950)
Vindplaats
(Kenmerk toegang)
Nationaal Archief, Den Haag (2.04.57)
Meer Verberg

Openbaarheid volledig
Soort toegang(en) inventaris
Kenmerk toegang 2.04.57
Inventarisnummers 1005, 1537
Inhoud

inv. nr. 1005.

Dossier van het departement van Binnenlandse Zaken met betrekking tot de staatscommissie. Stukken betreffende de instelling en benoeming van de leden, 1909-1910: correspondentie met het Kabinet der Koningin; rekesten om bij het secretariaat te worden aangesteld; eventuele benoeming van een vrouw in de commissie; aanzoeken van de beoogde leden en hun bereidverklaringen; KB van instelling en (verderop in de omslag) het KB van opheffing. Stukken betreffende het praktisch functioneren van de staatscommissie, 1910, waarbij: toestemming tot inzage van de notulen van de staatscommissies van 1883 en 1905, onder voorwaarde van geheimhouding; inwinnen van informatie ten behoeve van de commissie bij een aantal externe instanties en de daaruit resulterende documentatie. Rekest van Vrijzinnig-Democratische zijde betreffende algemeen kiesrecht, 1912. Informatievoorziening van de leden van de ministerraad en behandeling van het eindverslag door de ministerraad, 1912. Wetsontwerpen voor de grondwetswijziging, adviezen van de Raad van State hierop, nader verslag en indiening bij de Tweede Kamer, 1912. Decoraties te verlenen aan de leden van het secretariaat, 1912. Nota met overzicht van de opinies over de troonopvolging in de desbetreffende subcommissie van de staatscommissie, 1912. Varia correspondentie en andere stukken, 1912.

 

inv. nr. 1537.

Dossier met losse stukken uit de periode 1886-1920 in het bijzonder betreffende de regeling van het kiesrecht in de grondwet. Bevat: diverse notities, vermoedelijk deels van J. Heemskerk Azn., en een verhandeling met de titel 'Kiesbevoegdheid', ca. 1886-1887; nota inzake een voorstel van A. Kuyper, lid van de commissie-Th. Heemskerk, voor artikel 80 van de grondwet, met notitie: 'H. Colijn', 1911(?); correspondentie met de secretaris-generaal van Koloniën, 1920, over inzage van een minderheidsadvies van de Raad van State bij de wijzigingsvoorstellen-Heemskerk (1913) in verband met aanpassing van de grondwetsbepalingen inzake de koloniën.


3 
Aard van de documentatie ambtelijke ondersteuning
Naam archiefvormer/collectie
(Periode archief)
Binnenlandse Zaken, Kabinet (1814-1949)
Vindplaats
(Kenmerk toegang)
Nationaal Archief, Den Haag (2.04.26.02)
Meer Verberg

Openbaarheid beperkt
Soort toegang(en) inventaris
Kenmerk toegang 2.04.26.02
Inventarisnummers 687
Inhoud

inv. nr. 687. Ingekomen brief van de voorzitter Tweede Kamer, geleidende ingetrokken ontwerpen van wet inzake grondwetsherziening, 1913.

Stukken betreffende het intrekken door het kabinet-Cort van der Linden van wetsontwerpen tot grondwetswijziging, bij de Kamer ingediend door het kabinet-Heemskerk, 1913 (de gedrukte ontwerpen zijn aanwezig).

Opmerkingen overig

- Titel inventaris: 'Ministerie van Binnenlandse Zaken: Kabinetsarchief, 1817-1949'.

- De hier vermelde stukken zijn openbaar. 


Opdracht

In de openingsrede van de staatscommissie voor grondwetsherziening constateerde de minister van Binnenlandse Zaken en leider van het gelijknamige confessionele kabinet Th. Heemskerk - tevens zelf voorzitter -  dat de commissie een ruime opdracht had. Dat hield echter niet in dat alles dan maar moest worden herzien. Bovendien was het niet de bedoeling dat er een advies zou komen dat zou leiden tot een ‘omkeering van onze Staatsinstellingen.’ De commissie moest haar onderzoek vooral richten op wat zij nodig achtte ter  ‘verbetering en ontwikkeling, voortbouwend op historischen grondslag’.[1] Hij wees erop dat de werkzaamheden die de staatscommissie onder leiding van de oud-liberaal W.H. de Beaufort drie jaar daarvoor had verricht daarbij van dienst konden zijn. Deze staatscommissie had wel een formele beperking opgelegd gekregen. Zij had zich niet mogen uitspreken over het kiesrecht voor alle vertegenwoordigende organen (art. 80, 127 en 143) aangezien het toenmalige kabinet-De Meester hierover zelf al vastomlijnde ideeën had.

Het kabinet-Heemskerk had bij zijn aantreden de voorstellen tot grondwetsherziening van het vorige kabinet ingetrokken. Deze waren voornamelijk gericht op het wegnemen van grondwettelijke beletselen voor uitbreiding van het kiesrecht via een zogenaamde blanco formule.[2] Heemskerk was zich bewust was van de noodzaak om de scherpe politieke tegenstellingen rond de drie prangende kwesties van die dagen – de sociale kwestie, onderwijs en kiesrecht – te normaliseren. Zelf legde hij de prioriteit echter bij de sociale kwestie, die via normale wetgeving en niet via de grondwet geregeld moest worden. Voordat er in zijn visie sprake kon zijn van een uitbreiding van het kiesrecht was het zaak ervoor te zorgen dat dit niet een direct voordeel voor de socialistische groeperingen te weeg zou brengen. Deze roerden zich steeds meer in de kiesrechtstrijd, en planden onder meer grootschalige handtekeningenacties onder de bevolking, de zogenaamde volkspetitionnementen. Door het intrekken van de voorliggende herzieningsvoorstellen en het instellen van een nieuwe grondwetscommissie won Heemskerk enige tijd.[3] Het gaf hem bovendien de gelegenheid om een politiek samengestelde grondwetscommissie te formeren, in plaats van een commissie van deskundigen zoals meestentijds gebruikelijk.[4] Naar verwachting zou dit voorkomen dat hij bij de parlementaire behandeling van herzieningsvoorstellen op partijpolitieke blokkades zou stuiten.[5]

Werkwijze

Heemskerk stelde een reglement van orde voor dat gebruikt was door de Commissie-J. Heemskerk Azn., destijds ingesteld en voorgezeten door zijn vader. De staatscommissie van 1910 besloot om te beginnen met algemene beschouwingen, waarbij per artikel plenair zou worden vastgesteld of wijziging gewenst was of niet. Bij verschil van mening kon tevens direct worden besloten om een subcommissie in te stellen. In afwijking op het reglement van 1883 kon de plenaire vergadering deze subcommissies een bredere opdracht geven dan een strikt redactionele. Preadvisering, bijvoorbeeld om een artikel of onderwerp te laten rusten, behoorde eveneens tot de mogelijke uitkomsten van de werkzaamheden van een subcommissie.

De notulen bevatten een uitgebreide verslaglegging van het besprokene. Ze werden in concept rondgestuurd, waarna de commissieleden individueel wijzigingen konden voorstellen. De voorzitter stelde ze voorlopig vast, waarna ze in één van de volgende vergaderingen – zonder voorlezing – definitief werden gearresteerd.[6] Een schriftelijk verzoek van A. Kuyper om vast te leggen dat hij niet voor de weergave van zijn standpunt in de notulen kon instaan omdat het hem aan tijd had ontbroken alle concepten door te lezen, die hij ook nog eens ‘veelal geheel [zou] hebben moeten omwerken’, werd in de laatste vergadering niet gehonoreerd.[7] Nota’s of redactievoorstellen die de leden indienden ten behoeve van de plenaire besprekingen zijn soms, maar niet altijd afgedrukt achter de notulen van de vergadering waarin ze zijn besproken.

De staatscommissie vergaderde zoveel mogelijk aaneengesloten in blokken van één of enkele weken, behoudens de eerste en laatste vergadering die beide op zichzelf stonden.[8] Na de dertiende plenaire vergadering ging de eerste subcommissie aan het werk. In de periode november 1910 tot juli 1911 vielen de werkzaamheden van de plenaire samen met die van de diverse subcommissies. Vanaf september 1911 vormden de (25) bijeenkomsten van de plenaire de hoofdwerkzaamheden voor de commissieleden, maar werden artikelen nog regelmatig terugverwezen naar de subcommissies om nadere redactievoorstellen te doen. Van deze ‘extra’ vergaderingen van de subcommissies zijn geen verslagen bijgehouden.

In het eerste blok van 12 plenaire vergaderingen behandelde de commissie hoofdstuk I (Rijk), II (Koning), en III, 1e afdeling (Staten-Generaal, kiesrecht en verkiezing Eerste Kamer, art. 79-80 en 82).[9] Daarbij veranderde het karakter van de bespreking tijdens de behandeling van het derde hoofdstuk. De tot dan toe gevolgde technisch-juridische insteek - is wijziging noodzakelijk en dient er gebruik gemaakt te worden van een subcommissie – maakte plaats voor een politieke. Op verzoek van Troelstra werd besloten om desbetreffende artikelen in samenhang te behandelen en werden er in twee termijnen algemene beschouwingen gehouden.[10] In het tweede blok plenaire besprekingen (januari 1911) werden de overige hoofdstukken afgehandeld, met uitzondering van H VI (godsdienst) en  H X (onderwijs) , die – eveneens vanwege hun politieke en daarmee controversiëler karakter - werden doorgeschoven naar de maartvergaderingen.[11]

Subcommissies

Bij het verdelen van de opdrachten aan de subcommissies was niet zozeer gelet op de systematiek van de grondwet, maar op onderwerpen in hun samenhang. Desalniettemin hadden meerdere commissies last van het feit dat zij soms in elkaars vaarwater terecht kwamen. Een enkele maal werd een beslissing over het al dan niet wijzigen van een artikel afhankelijk gesteld van besprekingen in andere subcommissies.

In het algemeen behandelden de subcommissies de hun toebedeelde onderwerpen aan de hand van hetgeen besproken of eventueel al besloten was in de plenaire commissie. Ook diende de redactie van de Commissie-De Beaufort regelmatig als eerste leidraad voor de besprekingen.

Een aantal subcommissies week af van deze werkwijze. De leden van de subcommissie die zich over de interpretatie van het systeem van erfopvolging in Nederland moest buigen, polemiseerde heftig in nota’s en tegennota’s over de vraag op welke wijze de opvolging van nakomelingen van de op dat moment anderhalf jaar oude kroonprinses Juliana veilig kon worden gesteld. Daarvoor moest het vigerende systeem van mannelijke opvolging – dat al één keer ten behoeve van de toenmalige kroonprinses Wilhelmina was ‘opengebroken’ - zodanig worden aangepast dat buitenlandse pretendenten geen aanspraak op de Nederlandse troon zouden kunnen doen gelden.[12] Ook de leden van de subcommissie die over het kiesrecht en de Staten-Generaal adviseerde, zouden voorafgaand aan de besprekingen eigen nota’s en redactievoorstellen insturen. In beide subcommissies bleef overeenstemming uit. De subcommissie over het onderwijs vergaderde aan de hand van een redactievoorstel dat Kuyper aan de plenaire commissie had ingezonden. Ze beperkte het aantal bijeenkomsten tot een minimum van twee. Hoewel er een werkbaar redactievoorstel leek te zijn voorgelegd, zou deze kwestie bij de bespreking in de plenaire commissie opnieuw tot onoverbrugbare tegenstellingen leiden.

Bij het vervolg van de plenaire bijeenkomsten in september 1911 startte de commissie van voren af aan bij artikel 1. De discussies werden nu gevoerd aan de hand van de verslagen van de subcommissies en eventuele individueel ingediende nota’s en redactievoorstellen. Daarbij namen – en kregen – de commissieleden de vrijheid om bepaalde artikelen opnieuw ten principale ter discussie te stellen, vooral als ze er de eerste keer niet bij waren geweest. Zeker bij de controversiële artikelen regende het amendementen en subamendementen, die lustig werden geïnterpreteerd en geherinterpreteerd door de diverse commissieleden. Dit bemoeilijkte en vertraagde de stemprocedures. Heemskerk hanteerde daarbij een vergadertechniek van vooruitschuiven en aanhouden, waardoor discussie en stemprocedure soms vergaderingen ver uitelkaar lagen. Ook het kiesrechtartikel onderging dit lot: hoewel de commissie vrijwel unaniem was over de noodzaak van verandering lukte het niet tot een redactie te komen waarin een meerderheid van de commissie zich kon vinden. Van terugverwijzing naar de subcommissie – een belofte waarmee Heemskerk de vergadering enige tijd aan het lijntje hield – zou het uiteindelijk niet komen.[13] Zo kenden vooral de laatste plenaire vergaderingen in januari 1912 een opeenhoping van politiek gevoelige artikelen.

Rapportage

Het eindverslag werd voorbereid door een redactiecommissie, die zich baseerde op een daartoe in een eerder stadium door de secretarissen opgesteld stuk. Evenals bij de notulen kregen de leden eerst de gelegenheid schriftelijk te reageren op het rondgezonden concept, dat vervolgens werd herzien. Het tweede concept werd plenair besproken in de laatste vergadering van april 1912, waarna vervolgens het verslag definitief kon worden vastgesteld en na toevoeging van de minderheidsnota’s in mei 1912 kon worden aangeboden.

Op het gebied van kiesrecht bevatte het rapport wegens het gebrek aan overeenstemming binnen de commissie geen voorstel, uitsluitend minderheidsnota’s. Daarentegen was er wel een meerderheid in de commissie voor versterking van de invloed van de Eerste Kamer. Dit laatste zou worden overgenomen in de wetsvoorstellen tot grondwetsherziening die de regering-Heemskerk in februari 1913 indiende, evenals een aantal politiek minder controversiële aanbevelingen. Ten aanzien van het kiesrecht stelde het kabinet-Heemskerk zelf de invoering van een gezinshoofdenkiesrecht voor – daarmee de voorstellen van Kuyper volgend. Ook werd voorgesteld het bijzonder onderwijs voortaan als regel te doen gelden en het openbare onderwijs als uitzondering.

Tot een parlementaire behandeling van de wetsvoorstellen zou het echter niet komen. Na de verkiezingen zou de partijloze liberale premier Cort van der Linden de voorstellen intrekken, evenals zijn antirevolutionaire voorganger eerder had gedaan.[14]

P.J. Oud, (bewerkt door J. Bosmans), Honderd jaren. Een eeuw van staatkundige vormgeving in Nederland 1840-1940 (Assen 1979) 204.

Arno Bornebroek, Een heer in een volkspartij. Theodoor Heemskerk (1852-1932) minister-president en minister van justitie Amsterdam 2006) 180-183.

Johan den Hertog, Cort van der Linden (1846-1935). Minister-president in oorlogstijd: een politieke biografie (Amsterdam 2007) 249-250.

Conceptnotulen van de plenaire commissie zijn niet aangetroffen, noch individueel commentaar van de leden.

2 mei 1910 (1x); van 1-16 september 1910 (12x); van 10-26 januari 1911 (12 x); van 6-9 maart 1911 (4x); van 4-29 september 1911 (14 x); van 21-23 november 1911 (3x); van 8-17 januari 1912 (7 x); 22 april 1912 (1x). De subcommissies kwamen bijeen tussen november 1910 en juli 1911 en daarna incidenteel wanneer de plenaire besloot een artikel terug te verwijzen.

Het commissielid Loeff was tijdens alle 12 opeenvolgende vergaderingen afwezig.

Eerste termijn: vergadering 9-10; tweede termijn vergadering 11-13.

De notulen bevatten een goede eigentijdse index per artikel. Zie zoeksystemen.

Subcommissie hoofdstuk 2, afdeling 1-5. Over deze subcommissie: René Cleverens, De Oranje-Erfopvolging rond de eeuwwisseling. Troonpretendenten en huwelijkskandidaten 1809-1909 (Middelburg 1997) 7-11.

Op een vraag van Troelstra hierover antwoordde Heemskerk dat hij daarvoor onvoldoende ‘aanmoediging’ had gevonden, notulen plenair 8-1-1912 (verg. 47), vgl. notulen plenair 15-9-1911 (verg. 39).

W.J van Welderen Rengers, Schets eener parlementaire geschiedenis van Nederland 3 (Den Haag 1950) 229-232; T. Sybenga, De grondwet van 1887 toegelicht (Den Haag 1921) 18-19.


Noten


[1]

Openingsrede, notulen plenair 02-05-1910.

[2]

P.J. Oud, (bewerkt door J. Bosmans), Honderd jaren. Een eeuw van staatkundige vormgeving in Nederland 1840-1940 (Assen 1979) 204.

[3]

Arno Bornebroek, Een heer in een volkspartij. Theodoor Heemskerk (1852-1932) minister-president en minister van justitie Amsterdam 2006) 180-183.

[4]

Openingsrede, notulen plenair 02-05-1910.

[5]

Johan den Hertog, Cort van der Linden (1846-1935). Minister-president in oorlogstijd: een politieke biografie (Amsterdam 2007) 249-250.

[6]

Conceptnotulen van de plenaire commissie zijn niet aangetroffen, noch individueel commentaar van de leden.

[7]

Notulen plenair 22-04-1912.

[8]

2 mei 1910 (1x); van 1-16 september 1910 (12x); van 10-26 januari 1911 (12 x); van 6-9 maart 1911 (4x); van 4-29 september 1911 (14 x); van 21-23 november 1911 (3x); van 8-17 januari 1912 (7 x); 22 april 1912 (1x). De subcommissies kwamen bijeen tussen november 1910 en juli 1911 en daarna incidenteel wanneer de plenaire besloot een artikel terug te verwijzen.

[9]

Het commissielid Loeff was tijdens alle 12 opeenvolgende vergaderingen afwezig.

[10]

Eerste termijn: vergadering 9-10; tweede termijn vergadering 11-13.

[11]

De notulen bevatten een goede eigentijdse index per artikel. Zie zoeksystemen.

[12]

Subcommissie hoofdstuk 2, afdeling 1-5. Over deze subcommissie: René Cleverens, De Oranje-Erfopvolging rond de eeuwwisseling. Troonpretendenten en huwelijkskandidaten 1809-1909 (Middelburg 1997) 7-11.

[13]

Op een vraag van Troelstra hierover antwoordde Heemskerk dat hij daarvoor onvoldoende ‘aanmoediging’ had gevonden, notulen plenair 8-1-1912 (verg. 47), vgl. notulen plenair 15-9-1911 (verg. 39).

[14]

W.J van Welderen Rengers, Schets eener parlementaire geschiedenis van Nederland 3 (Den Haag 1950) 229-232; T. Sybenga, De grondwet van 1887 toegelicht (Den Haag 1921) 18-19.

Grondwetten

De discussies in de notulen hebben de hieronder vermelde grondwet tot uitgangspunt.
Kies voor de integrale grondwettekst: pdf-grondwet.
Kies voor de historie per artikel: Nederlandse grondwet (PDC).



Instellingsbesluit

Toon Verberg

Notulen

Plenair:
Toon Plenair Verberg Plenair
Subcommissie:
Toon Subcommissie Verberg Subcommissie
Subcommissie h1 2:
Toon Verberg
Subcommissie h10:
Toon Verberg
Subcommissie h2:
Toon Verberg
Subcommissie h3 7:
Toon Verberg
Subcommissie h3 sgk:
Toon Verberg
Subcommissie h4 9:
Toon Verberg
Subcommissie h5 11:
Toon Verberg
Subcommissie h6:
Toon Verberg

Verslag

Plenair:
Toon Plenair Verberg Plenair
Subcommissie:
Toon Subcommissie Verberg Subcommissie
Subcommissie h1 2:
Toon Verberg
Subcommissie h10:
Toon Verberg
Subcommissie h2:
Toon Verberg
Subcommissie h3 7:
Toon Verberg
Subcommissie h3 sgk:
Toon Verberg
Subcommissie h4 9:
Toon Verberg
Subcommissie h5 11:
Toon Verberg
Subcommissie h6:
Toon Verberg
Subcommissie h8:
Toon Verberg
Subcommissie redactie:
Toon Verberg

Ontbindingsbesluit

Toon Verberg

Zoeksystemen

Toon Verberg

Algemeen:

Naam, varianten Staatscommissie voor Kiesrecht
Opdracht commissie algemene opdracht
Jaren 1910-1912
Aantal bijeenkomsten 54
Datum eindverslag 15-5-1912
Datum aanbieding Tweede Kamer 5-2-1913
Subcommissies

De Commissie-Th. Heemskerk kende negen subcommissies en een redactiecommissie: 

- voor de hoofdstukken I en II (zesde en zevende afdeling betreffende de regering): Oppenheim (voorzitter), Van Citters, Van Idsinga, Nolens, Tydeman.

- voor hoofdstuk II (eerste tot vijfde afdeling betreffende het koningschap): Röell (voorzitter), Van Doorn, Cort van der Linden, Van Lynden van Sandenburg, Reekers.

- voor delen van hoofdstuk III van de grondwet (Staten-Generaal, kiesrecht): Kuyper (voorzitter), De Savornin Lohman, Troelstra, Drucker, Van der Feltz, Van Nispen tot Sevenaer, Van de Velde.

- voor de hoofdstukken III, vierde afdeling, en hoofdstuk VII van de grondwet ('subcommissie voor de Begrooting'): De Savornin Lohman (voorzitter), Van Doorn, Drucker, Nolens, Tydeman.

- voor delen van de hoofdstukken IV en IX van de grondwet (provincie, gemeente, waterstaat): Oppenheim (voorzitter), Van Citters, Van der Feltz, Van Lynden van Sandenburg, Van Nispen tot Sevenaer.

- voor de hoofdstukken V en XI van de grondwet (justitie en grondwetswijzigingen): Röell (voorzitter), Cort van der Linden, Van Idsinga, Loeff, Oppenheim.

- voor hoofdstuk VI van de grondwet (godsdienst): Heemskerk (voorzitter), De Savornin Lohman, Cort van der Linden, Van Nispen tot Sevenaer, Van Doorn.

- voor hoofdstuk VIII van de grondwet (Defensie): Oppenheim (voorzitter), Van Citters, Van Idsinga, Nolens, Tydeman.

- voor hoofdstuk X van de grondwet (onderwijs en armbestuur): Van Idsinga (voorzitter), Nolens, Tydeman, Drucker, Van Citters.

- redactiecommissie: Oppenheim (voorzitter), Loeff, Van Lynden van Sandenburg.

Verslagen

Verslag der Grondwetscommissie, ingesteld bij Koninklijk Besluit van 24 maart 1910, no. 16 (Den Haag 1912).

Literatuur

Handelingen over de herziening der grondwet van 1815 (1887); uitgegeven onder toezicht van H.J. Romeijn, 2 dln. (Den Haag 1907-1916).

Handelingen over de herziening der grondwet, uitgegeven onder toezicht van Joh. Bened. Kan. Deel 1. Voorstellen staatscommissie en regeering, schriftelijke behandeling van de veranderings-voorstellen. Deel 2. Mondelinge behandeling van de veranderings-voorstellen in de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Deel 3. Behandeling van de veranderings-voorstellen in de Eerste Kamer der Staten-Generaal, tweede lezing van de grondwetsherziening ('s-Gravenhage 1916-1918).

H. Goeman Borgesius, Grondwetsherziening en algemeen kiesrecht (Den Haag [1911]), 20 p. [Vlugschrift van de Liberale Unie, nr. 3.]

C.E. van Koetsveld, De rotte plek. Naar aanleiding van het rapport der Commissie voor grondwetsherziening (Schoonhoven 1912), 23 p.

J.A. Nederbragt, De voorgestelde grondwets-herziening (Utrecht 1913), 28 p.

Ten opzichte van welke punten maakt het rechtstreeksch belang der vrouw wijziging van de Grondwet wenschelijk? (Den Haag [ca 1910]). [Uitgave van de Nederlandsche Bond voor Vrouwenkiesrecht, afd. 's-Gravenhage.]

[P. Rink], 'Algemeen kiesrecht'. Grondwetsherziening om te komen tot algemeen kiesrecht (Den Haag [1911]), 8 p. [Vlugschrift van de Liberale Unie, nr. 1.]

P.J. van Ravesteyn, De regeeringsvoorstellen in zake grondwetsherziening ter vergelijking geplaatst naast de grondwet en de voorstellen der staatscommissie met vermelding van andere wijzigingsvoorstellen (Haarlem 1913), 75 p.

C. G. von Reeken, Een dreigend gevaar. Onze kerkelijke coalitie-regeering, hare naamlooze vennootschappen en hare voorgestelde grondwetsverandering (Haarlem 1913), viii, 72 p.

L.D. Staal, Artikel 171 der Grondwet en zijn toepassing voor de gezindheden, in ’t bijzonder ten opzichte van het Nederl. Israelietisch Kerkgenootschap. Omwerking eener rede (Amsterdam 1913), 30 p. [Rede, uitgesproken ter Algemene Vergadering van 'Achawah' op 29 Juli 1912 te Amsterdam.]

Aan de Staatscommissie voor Grondwetsherziening. [De] Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht (Den Haag 1910), 8 p.

H. Verkouteren, Grondwetsherziening (Baarn 1912), 43 p. [Van rechts naar links, Serie I, no. 1.]

G.D. Willinck, De Indiën en de nieuwe Grondwet. Proeve tot vaststelling van normale staatsrechtelijke verhoudingen tusschen het moederland en de koloniën (Zutphen [1910]), 52 p.


Leden:


Overige betrokkenen:



Archivalia:

1 
Aard van de documentatie commissiearchief
Naam archiefvormer/collectie
(Periode archief)
Ministerie van Binnenlandse Zaken: Staatscommissie Herziening Grondwet, 1910-1912 (1910-1912)
Vindplaats
(Kenmerk toegang)
Nationaal Archief, Den Haag (2.04.53.09)
Openbaarheid volledig
Soort toegang(en) inventaris
Kenmerk toegang 2.04.53.09
Inventarisnummers 1-11
Inhoud

inv. nr. 1.

Reglement van orde. Ontwerp en gedrukt exemplaar.

 

inv. nr. 2.

Gedrukte notulen van de 54 plenaire vergaderingen van de commissie, gehouden tussen 2 mei 1910 en 22 april 1912, met het opschrift 'Geheim'; totaal 759 bladzijden.

De notulen zijn vrij uitvoerig en de discussie wordt per spreker weergegeven. Bijgevoegd een index op de notulen per grondwetsartikel, die de blzn. 1-602 bestrijkt.

 

inv. nrs. 3-10: secretariaatsdossiers betreffende de activiteiten van de ingestelde subcommissies, 1910-1912. In verschillende van deze dossiers zijn nog stukken aanwezig over de verdere behandeling van de aangelegenheden waarover de subcommissies zich hadden gebogen.

- inv. nr. 3.

Handgeschreven notulen van de 12 vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van de hoofdstukken I en II (zesde en zevende afdeling betreffende de regering) van de grondwet, 7 december 1910 tot 10 mei 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten, correspondentie van leden van de subcommissie, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. In de omslag tevens enige bij de staatscommissie ingekomen brieven van verenigingen en particulieren, 1910.

- inv. nr. 4.

Handgeschreven notulen van de eerste zeven van de acht vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk II (eerste tot vijfde afdeling betreffende het koningschap) van de grondwet, 17 november 1910 tot 23 augustus 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie van leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

- inv. nr. 5.

Gedrukte notulen van de zeven vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van delen van hoofdstuk III van de grondwet (Staten-Generaal, kiesrecht), 9 januari tot 28 juni 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie van leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. Handgeschreven notulen van de eerste drie vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van de hoofdstukken III, vierde afdeling, en hoofdstuk VII van de grondwet ('subcommissie voor de Begrooting'), 11 april tot 21 juni 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie van leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concept en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

NB. De stukken van de twee subcommissies zijn in de omslag door elkaar geraakt. In de omslag tevens bij de staatscommissie ingekomen brieven en rekesten van verenigingen en particulieren, 1910, in het bijzonder betreffende het vrouwenkiesrecht.

- inv. nr. 6.

Handgeschreven notulen van de vijf vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van delen van de hoofdstukken IV en IX van de grondwet (provincie, gemeente, waterstaat), 1-15 maart 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd enkele convocaten, brieven van leden van de subcommissie en nota's, alsmede concepten en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

- inv. nr. 7.

Handgeschreven notulen van de vijf vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van de hoofdstukken V en XI van de grondwet (justitie en grondwetswijzigingen), 21 april tot 17 juli1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie met de leden van de subcommissie en enkele externe instanties, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. In de omslag tevens enige bij de staatscommissie ingekomen brieven, 1910.

- inv. nr. 8.

Handgeschreven notulen van de eerste vier vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk VI van de grondwet (godsdienst), 18 mei tot 20 juni 1911 ('Geheim'); hierna heeft ten minste nog één vergadering plaatsgevonden. Bijgevoegd convocaten en correspondentie met de leden van de subcommissie en de ministeries van Financiën en Justitie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie. In de omslag tevens enkele bij de staatscommissie ingekomen rekesten en nota’s van kerkelijke zijde.

-inv. nr. 9.

Kopij en gedrukte versie van het rapport van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk VIII van de grondwet (defensie). Notulen en andere stukken ontbreken.

- inv. nr. 10.

Handgeschreven notulen van de twee vergaderingen van de subcommissie ingesteld voor de behandeling van hoofdstuk X van de grondwet (onderwijs en armbestuur), 2 juni tot 10 juli 1911 ('Geheim'). Bijgevoegd convocaten en correspondentie met de leden van de subcommissie, nota's, voorstellen, alsmede concepten, kopij en gedrukte versie van het rapport aan de plenaire commissie.

 

inv. nr. 11. Stukken betreffende de redactie van het eindverslag van de staatscommissie door een afzonderlijke subcommissie, 1912.

Correspondentie van de secretaris, concept van het verslag met commentaren van de leden en wijzigingsvoorstellen, kopij van het verslag, revisies; gedrukt exemplaar in eindversie. Enkele brieven inzake behandeling van het concept-verslag door de ministerraad.

 

Opmerkingen overig

Titel inventaris: 'Ministerie van Binnenlandse Zaken: Staatscommissie tot Onderzoek van de vraag, welke wijzigingen in de Grondwet behoren te worden aangebracht'.

NB. Instellings- en ontbindingsbesluiten ontbreken. Er zijn geen stukken aanwezig betreffende de parlementaire behandeling.


2 
Aard van de documentatie ambtelijke ondersteuning
Naam archiefvormer/collectie
(Periode archief)
Binnenlandse Zaken, afdeling Binnenlands Bestuur (1879-1950)
Vindplaats
(Kenmerk toegang)
Nationaal Archief, Den Haag (2.04.57)
Openbaarheid volledig
Soort toegang(en) inventaris
Kenmerk toegang 2.04.57
Inventarisnummers 1005, 1537
Inhoud

inv. nr. 1005.

Dossier van het departement van Binnenlandse Zaken met betrekking tot de staatscommissie. Stukken betreffende de instelling en benoeming van de leden, 1909-1910: correspondentie met het Kabinet der Koningin; rekesten om bij het secretariaat te worden aangesteld; eventuele benoeming van een vrouw in de commissie; aanzoeken van de beoogde leden en hun bereidverklaringen; KB van instelling en (verderop in de omslag) het KB van opheffing. Stukken betreffende het praktisch functioneren van de staatscommissie, 1910, waarbij: toestemming tot inzage van de notulen van de staatscommissies van 1883 en 1905, onder voorwaarde van geheimhouding; inwinnen van informatie ten behoeve van de commissie bij een aantal externe instanties en de daaruit resulterende documentatie. Rekest van Vrijzinnig-Democratische zijde betreffende algemeen kiesrecht, 1912. Informatievoorziening van de leden van de ministerraad en behandeling van het eindverslag door de ministerraad, 1912. Wetsontwerpen voor de grondwetswijziging, adviezen van de Raad van State hierop, nader verslag en indiening bij de Tweede Kamer, 1912. Decoraties te verlenen aan de leden van het secretariaat, 1912. Nota met overzicht van de opinies over de troonopvolging in de desbetreffende subcommissie van de staatscommissie, 1912. Varia correspondentie en andere stukken, 1912.

 

inv. nr. 1537.

Dossier met losse stukken uit de periode 1886-1920 in het bijzonder betreffende de regeling van het kiesrecht in de grondwet. Bevat: diverse notities, vermoedelijk deels van J. Heemskerk Azn., en een verhandeling met de titel 'Kiesbevoegdheid', ca. 1886-1887; nota inzake een voorstel van A. Kuyper, lid van de commissie-Th. Heemskerk, voor artikel 80 van de grondwet, met notitie: 'H. Colijn', 1911(?); correspondentie met de secretaris-generaal van Koloniën, 1920, over inzage van een minderheidsadvies van de Raad van State bij de wijzigingsvoorstellen-Heemskerk (1913) in verband met aanpassing van de grondwetsbepalingen inzake de koloniën.


3 
Aard van de documentatie ambtelijke ondersteuning
Naam archiefvormer/collectie
(Periode archief)
Binnenlandse Zaken, Kabinet (1814-1949)
Vindplaats
(Kenmerk toegang)
Nationaal Archief, Den Haag (2.04.26.02)
Openbaarheid beperkt
Soort toegang(en) inventaris
Kenmerk toegang 2.04.26.02
Inventarisnummers 687
Inhoud

inv. nr. 687. Ingekomen brief van de voorzitter Tweede Kamer, geleidende ingetrokken ontwerpen van wet inzake grondwetsherziening, 1913.

Stukken betreffende het intrekken door het kabinet-Cort van der Linden van wetsontwerpen tot grondwetswijziging, bij de Kamer ingediend door het kabinet-Heemskerk, 1913 (de gedrukte ontwerpen zijn aanwezig).

Opmerkingen overig

- Titel inventaris: 'Ministerie van Binnenlandse Zaken: Kabinetsarchief, 1817-1949'.

- De hier vermelde stukken zijn openbaar. 



Werkwijze:



Scans:


Grondwetten

De discussies in de notulen hebben de hieronder vermelde grondwet tot uitgangspunt.
Kies voor de integrale grondwettekst: pdf-grondwet.
Kies voor de historie per artikel: Nederlandse grondwet (PDC).



Instellingsbesluit


Notulen

Plenair:
Subcommissie:
Subcommissie h1 2:
Subcommissie h10:
Subcommissie h2:
Subcommissie h3 7:
Subcommissie h3 sgk:
Subcommissie h4 9:
Subcommissie h5 11:
Subcommissie h6:

Verslag

Plenair: Subcommissie:
Subcommissie h1 2:
Subcommissie h10:
Subcommissie h2:
Subcommissie h3 7:
Subcommissie h3 sgk:
Subcommissie h4 9:
Subcommissie h5 11:
Subcommissie h6:
Subcommissie h8:
Subcommissie redactie:

Ontbindingsbesluit


Zoeksystemen